3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor "Gemengd - Landgoed" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. instandhouding, dan wel herstel en ontwikkeling, van landschappelijke waarden, cultuurhistorische waarden en natuurwaarden die eigen zijn aan landgoederen;
-
b. watergangen en daarbij behorende voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, de waterberging daaronder mede begrepen;
-
c. extensief dagrecreatief medegebruik;
waarbij ter plaatse van de aanduiding:
-
1. “specifieke vorm van gemengd - oranjerie” de gronden tevens bestemd zijn voor een orangerie met kantoorfunctie en een overlegfunctie behorende bij een landgoed;
-
2. “specifieke vorm van gemengd - parkeerplaatsen" de gronden tevens bestemd zijn voor het gebruik als parkeerplaats bij een landgoed;
-
3. “specifieke vorm van gemengd - schaapskooi" de gronden tevens bestemd zijn voor het gebruik als dierenverblijf en opbergruimte voor onderhoudsmachines en -gereedschappen bij een landgoed;
-
4. “specifieke vorm van gemengd - watermolen" de gronden tevens bestemd zijn voor het gebruik ten behoeve van educatie als ook als expositie;
-
5. "wonen" de gronden tevens bestemd zijn voor het gebruik als wonen tot niet meer dan het aantal wooneenheden per bouwvlak als aangeduid ter plaatse van de aanduiding "maximum aantal wooneenheden" met bijhorende gebruik ten behoeve van tuinen, parkeren t.b.v. de woonfunctie en het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijn en het bouwen van gebouwen. Tevens mag per woning 5% van het vloeroppervlakte gebruikt worden voor kantoor- en praktijkruimte aan huis.
3.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Ter plaatse van de bestemming 'Gemengd - Landgoed' geldt dat de desbetreffende gronden en gebouwen vanuit oogpunt van een samenhangend complex van natuur, water en bebouwing waardevol zijn vanuit oogpunt van landschap en natuur.
3.4.1 Verbod
Het is verboden is om de volgende werken en werkzaamheden te verrichten:
-
a. het storten, deponeren of op andere wijze opslaan van baggerspecie, grond, puin of afvalmaterialen, voorzover deze van elders zijn aangevoerd;
-
b. het vergraven en egaliseren van gronden;
-
c. werken en werkzaamheden die wijziging van de waterhuishouding of waterstanden beogen of tengevolge hebben, zoals uitdiepen, draineren en slaan van putten;
-
d. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, parkeergelegenheden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen voor zover gelegen buiten de aanduiding "wonen";
-
e. het aanleggen van waterlopen en het vergraven, verruimen en dempen van waterlopen en kolken;
-
f. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur;
-
g. het ophogen van gronden en aanleggen van geluidswallen;
-
h. diepploegen, zijnde het extra diep, 40 cm of meer, omploegen, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd;
-
i. het rooien van randbeplanting op erven en groensingels langs hoofdwegen.
3.4.2 Vergunningverlening
De vergunning als bedoeld in artikel 3.4.1 wordt verleend, indien is gebleken dat de werken en werkzaamheden geen directe of indirecte gevolgen hebben welke niet zal leiden tot een onevenredige verstoring van de natuur- of landschapswaarden dan wel dat de verstoring ervan redelijk is in relatie tot het belang van de werken en werkzaamheden en de landschaps- en natuurwaarden daarbij voldoende zijn gewaarborgd.
3.4.3 Voorwaarden voor vergunningverlening
Een vergunning als bedoeld in artikel 3.4.1 wordt pas verleend nadat:
-
a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad in relatie tot de aanwezige natuurwaarden;
-
b. het Waterschap Veluwe in kennis is gesteld van de beoogde vergunningverlening;
-
c. de vergunning voorzien wordt van een ruimtelijke onderbouwing.
3.4.4 Afwijking
In afwijking van het hiervoor bepaalde is geen vergunning nodig voor werken en werkzaamheden die:
-
a. overeenkomstig het inrichtingsplan zijn zoals opgenomen als bijlage bij de toelichting bij dit bestemmingsplan;
-
b. werken en werkzaamheden binnen het kader van het normale onderhoud, beheer of herstel van de functies, die het plan aan de gronden toekent;
-
c. werken en werkzaamheden, voorzover daarvoor, op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, reeds een vergunning is verleend;
-
d. werken en werkzaamheden die zijn bedoeld om de directe gevolgen van calamiteiten of plagen te beperken.