direct naar inhoud van Artikel 6 Bedrijventerrein
Plan: De Zoeker Esch - de Pol
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0168.09BP0002-0301

Artikel 6 Bedrijventerrein

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Bedrijventerrein ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 2', voor bedrijven tot en met categorie 2 van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3.1', voor bedrijven tot en met categorie 3.1 van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3.2', voor bedrijven tot en met categorie 3.2 van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.1', voor bedrijven tot en met categorie 4.1 van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.2', voor bedrijven tot en met categorie 4.2 van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', tevens wonen ten behoeve van het bedrijf, al dan niet in combinatie een aan huis verbonden beroep of kleinschalige bedrijfsactiviteit;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument' , tevens het behoud en herstel van architectonische en/of cultuurhistorische waarden;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - afleverzuil lpg', tevens een afleverpunt voor lpg;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - garagebedrijf', tevens een garagebedrijf en de handel in auto's en motoren;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - kringloopbedrijf', tevens een kringloopbedrijf en daarbij behorende detailhandel;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - machinefabriek', tevens een machinefabriek;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - reservoir lpg', tevens een reservoir voor lpg;
  • m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - saladefabriek, tevens een salade- en snackfabriek;
  • n. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - textielfabriek', tevens een textielfabriek;
  • o. ter plaatse van de aanduiding 'uitvaartcentrum', tevens een uitvaartcentrum;
  • p. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg', tevens de verkoop van motorbrandstoffen, lpg en detailhandel in weggebonden artikelen, met een lpg-doorzet van maximaal 500 m3 per jaar;
  • q. ter plaatse van de aanduiding 'vulpunt lpg', tevens een vulpunt voor lpg;
  • r. perifere (al dan niet volumineuze) detailhandel in de gerichte non-food (nbiet dagelijkse artikelen), niet zijnde tuincentra en detailhandel in meubelen en woninginrichting, mits de verkoopvloeroppervlakte ten minste 1.000 m2 bedraagt;
  • s. vestiging van zelfstandige kantoorruimte dan wel medegebruik van kantoorruimte door derden;
  • t. ondergeschikte en ten behoeve van het ter plaatse gevestigde bedrijf noodzakelijke kantoorruimte;

met daarbij behorende:

  • u. bedrijfsgebouwen, waaronder overkappingen;
  • v. bestaande bedrijfswoningen;
  • w. aan- en uitbouwen, bijgebouwen bij bedrijfswoningen;
  • x. bouwwerken, geen bebouwing zijnde;
  • y. tuinen, erven en terreinen;
  • z. nutsvoorzieningen;
  • aa. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • ab. wegen, paden en parkeervoorzieningen;

met dien verstande dat:

  • ac. voor de voorziening in de parkeerbehoefte wordt voorzien in voldoende parkeer- of stallingsruimte;
  • ad. Wgh-inrichtingen, risicovolle inrichtingen en/of vuurwerkbedrijven niet zijn toegestaan, tenzij anders in dit plan is geregeld;
6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

  • a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van het ter plaatse gevestigde bedrijf worden gebouwd;
  • b. een gebouw dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • c. het bebouwingspercentage van het bouwvlak is 80;
  • d. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 8 m, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan de aangegeven hoogte;
  • e. de afstand van een gebouw tot de zijdelingse perceelgrens bedraagt ten minste 5 m, dan wel de bestaande afstand indien deze minder is;
  • f. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan mogen gehandhaafd worden;
  • g. een gebouw waarbij gelet op omvang of functie ruimte nodig is voor het parkeren of stallen van motorvoertuigen mag alleen worden gebouwd indien uit de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het bouwen blijkt dat voldoende parkeer- of stallingsruimte wordt gerealiseerd.
6.2.2 Bestaande bedrijfswoningen

Voor een bestaande bedrijfswoning geldt voorts dat:

  • a. de inhoud niet meer dan 750 m³ mag bedragen;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 10 m;
  • c. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan gehandhaafd mogen worden.
6.2.3 Aan- en uitbouwen, bijgebouwen bij een bedrijfswoning

Voor een aan- en uitbouw en bijgebouwen bij een bedrijfswoning gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte mag per bedrijfswoning niet meer dan 100 m² bedragen;
  • b. de goothoogte mag niet meer dan 4,5 m bedragen.
6.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van silo's mag niet meer bedragen dan 15 m;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - schoorsteen' mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan 30 m;
  • c. de totale bouwhoogte van een gebouw en een daarop gebouwde antennemast mag niet meer dan 40 m bedragen;
  • d. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 6 m bedragen.
6.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  • a. detailhandel, anders dan de in 6.1 toegestane detailhandel;
  • b. de opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen, behoudens voorzover de opslag geschiedt in het kader van de normale uitoefening van het bedrijf;
  • c. het splitsen van een bedrijfswoning in meer dan één woning;
  • d. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden, met uitzondering van een bed and breakfast;
  • e. het gebruik van gedeelten van een bedrijfswoning, inclusief aan- en uitbouwen alsmede bijgebouwen bij de bedrijfswoning, voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsactiviteit, indien:
    • 1. het beroep of bedrijf niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van de bedrijfswoning, waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    • 2. de beroeps-/bedrijfsoppervlakte in de bedrijfswoning meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlak van de bedrijfswoning;
    • 3. de beroeps-/bedrijfsoppervlakte meer dan 50 m² bedraagt;
    • 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
    • 5. detailhandel plaatsvindt anders dan productiegebonden detailhandel;
  • f. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor permanente bewoning.
6.4 Afwijken van de gebruiksregels

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:

  • a. 6.1 voor bedrijven die niet zijn genoemd in Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen of die volgens Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen van een hogere categorie zijn, voorzover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de reeds toegelaten categorie, met dien verstande dat:
    • 1. Bevi-inrichtingen niet zijn toegestaan;
    • 2. vuurwerkbedrijven niet zijn toegestaan;
    • 3. Wgh-inrichtingen niet zijn toegestaan;
  • b. 6.3 onder a voor tuincentra en detailhandel in meubelen en woninginrichting, mits de verkoopvloeroppervlakte ten minste 1.000 m2 bedraagt;
  • c. 6.3 onder a voor detailhandel die verwant is aan de in 6.1 onder r toegestane detailhandel, mits de verkoopvloeroppervlakte maximaal 20% bedraagt van de verkoopvloeroppervlakte van de toegestane detailhandel en de verkoopvloeroppervlakte maximaal 200 m2 bedraagt;
  • d. 6.3 onder a voor detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit van industrie en ambacht (dat wil zeggen verkoop van in eigen bedrijf vervaardigde goederen), mits de verkoopvloeroppervlakte maximaal 20% bedraagt van het bebouwd oppervlak en de verkoopvloeroppervlakte maximaal 200 m2 bedraagt.