direct naar inhoud van Artikel 33 Algemene aanduidingsregels
Plan: Landelijk gebied Oudewater & Willeskop
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0589.000006-0711

Artikel 33 Algemene aanduidingsregels

33.1 milieuzone
33.1.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone' mogen geen nieuwe geur- of geluidgevoelige objecten worden gerealiseerd, tenzij ze behoren tot de inrichting waarvoor een milieuzone is gegeven.

33.2 veiligheidszone
33.2.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone' mogen geen (beperkt) kwetsbare objecten als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen worden gerealiseerd, tenzij ze behoren tot de inrichting waarvoor een veiligheidszone is gegeven.

33.2.2 Wijziging

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding 'veiligheidszone'

  • a. wijzigen, indien en voorzover de propaantank is verplaatst naar een locatie waardoor de veiligheidszone wordt gewijzigd;
  • b. verwijderen, indien en voor zover de propaantank feitelijk is verwijderd.
33.3 veiligheidszone - lpg
33.3.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' mogen geen (beperkt) kwetsbare objecten als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen worden gerealiseerd, tenzij ze behoren tot de inrichting waartoe het lpg-vulpunt behoort.

33.3.2 Wijziging

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding 'veiligheidszone - lpg'

  • a. wijzigen, indien en voorzover het lpg-vulpunt is verplaatst naar een locatie waardoor het groepsrisico wordt verkleind;
  • b. verwijderen, indien en voor zover het lpg-vulpunt feitelijk is verwijderd.
33.4 vrijwaringszone - straalpad
33.4.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - straalpad' gelden voor die gronden in afwijking van hetgeen in de overige regels is bepaald de navolgende aanvullende regels.

33.4.2 Bouwregels

Voor een bouwwerk geldt de volgende regel:

De bouwhoogte mag niet meer dan 32m bedragen.

33.4.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 33.4.2 en toestaan dat de bouwhoogte wordt verhoogd tot niet meer dan 40 m.

33.4.4 Afwegingskader

Een in 33.4.3 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien uit overleg met de straalpadbeheerder blijkt dat daartegen met het oog op het doelmatig functioneren van de straalverbinding geen bezwaar bestaat.