direct naar inhoud van Artikel 13 Sport
Plan: Kern Baarlo
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1894.BPL0069-VG01

Artikel 13 Sport

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het uitoefenen van sportactiviteiten;

met daaraan ondergeschikt:

  • b. horeca tot en met categorie 3;
  • c. erven en terreinen;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
  • f. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.

13.2 Bouwregels
13.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen worden uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd.
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • c. de goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte'.
13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde bedraagt maximaal 4 meter, met uitzondering van:
    • 1. erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 1 meter bedraagt en achter de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 2,5 meter bedraagt;
    • 2. vlaggen-, reclame- en lichtmasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 12 meter bedraagt;
  • b. de bouwhoogte van een overkapping bedraagt niet meer dan 3 meter, met dien verstande dat er slechts 1 overkapping per bouwperceel gerealiseerd mag worden en tot maximaal 30 m².


13.3 Specifieke gebruiksregels
13.3.1 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. seksinrichtingen;
  • b. evenementen, behoudens toegestaan krachtens artikel 13.3.2;
  • c. recreatief nachtverblijf.

13.3.2 Evenementen

Evenementen zijn maximaal zes keer per jaar toegestaan voor de duur van maximaal drie aaneengesloten dagen per evenement, inclusief op- en afbouw.

13.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 13.1 ten behoeve van het gebruik voor dagbestedingsactiviteiten voor ouderen en kinderopvang mits:

  • a. de bebouwing niet wordt uitgebreid;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. het woon- en leefklimaat;
    • 2. de milieusituatie;
    • 3. de verkeersveiligheid en de parkeerdruk op wegen;
    • 4. de bestaande ecologische, cultuurhistorische en milieuwaarden;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bebouwing.