direct naar inhoud van Artikel 10 Waarde - Archeologie
Plan: GEMEENTE ASSEN Norgerbrug en omgeving
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.08BP20102220-A001

Artikel 10 Waarde - Archeologie

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Waarde - Archeologie" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen (basisbestemmingen), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.

10.2 Bouwregels
10.2.1 Gebouwen

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, mogen op of in deze gronden geen gebouwen mogen worden gebouwd.

10.2.2 Andere-bouwwerken

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, mogen op of in deze gronden andere-bouwwerken worden gebouwd met een bouwhoogte van maximaal 2 m.

10.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 10.2 en toestaan dat de in de basisbestemming genoemde gebouwen en andere-bouwwerken worden gebouwd, mits is aangetoond dat er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de archeologische waarden van de gronden.

10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
10.4.1 Omgevingsvergunning

Het is verboden op gronden met de bestemming "Waarde - Archeologie" de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden:

  • a. het afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen van gronden;
  • b. het graven of vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren of het aanbrengen van drainage;
  • c. het uitvoeren van heiwerken en/of het indrijven van scherpe voorwerpen in de bodem;
  • d. het rooien van houtopstanden waarbij stobben worden verwijderd;
  • e. het aanleggen van nieuwe ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.
10.4.2 Uitzonderingen

Het in 10.4.1 vervatte verbod geldt niet voor:

  • a. werken en werkzaamheden die worden uitgevoerd in of op gronden waarvan op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat er zich ter plekke geen archeologische waarden (meer) bevinden;
  • a. werken en werkzaamheden die niet dieper dan het bestaande maaiveld worden uitgevoerd;
  • b. werken en werkzaamheden in het kader van het normale onderhoud en beheer, met inbegrip van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van bestaande oppervlakteverhardingen, beplantingen en bestaande tracés van kabels en leidingen;
  • c. werken en werkzaamheden waarvoor op het moment van het van kracht worden van het plan een omgevingsvergunning is verleend, dan wel die op het moment van het van kracht worden van het plan in uitvoering waren.
10.4.3 Toetsingscriteria

Een omgevingsvergunning zoals bedoeld in 10.4.1 kan slechts worden verleend, indien de plaats waar werken en/of werkzaamheden zullen worden uitgevoerd voldoende archeologisch is onderzocht, vaststaat dat er geen onevenredige afbreuk aan de archeologische en/of cultuurhistorische waarden wordt gedaan, dan wel dat afdoende maatregelen zijn getroffen tot behoud of bescherming van die waarden.