direct naar inhoud van 4.2 Water
Plan: Onze Lieve Vrouwedijk 43a te Waalre, Autobedrijf Dereumaux
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0866.BP00165-0201

4.2 Water

Bij de watertoets gaat het om het verantwoorden van de waterhuishoudelijke aspecten bij ruimtelijke plannen en besluiten. Met behulp van de watertoets wordt gestreefd om het wa-terhuishoudkundig aspect in combinatie met het ruimtelijke beleid toe te passen op het beoogde plangebied.


Bodemopbouw en (Geo)hydrologie

Het terrein van de locatie heeft een hoogteligging van circa 20,2 m+NAP (AHN hoogte-kaart). Volgens de wateratlas van de provincie Noord-Brabant behoort de bodem van de onderzoekslocatie tot de Vlakvaaggronden; leemarm en zwak lemig fijn zand.


In oktober 2012 is op de locatie een bodemonderzoek uitgevoerd. De bovengrond bestaat tot ongeveer 0,25 m-mv uit ophoogzand. Daaronder tot ongeveer 0,55 m-mv is een puinlaag aanwezig. De ondergrond bestaat tot 4,2 m-mv overwegend uit zwak tot matig siltig, plaatselijk matig humeus, matig fijn tot zeer fijn zand. De bodem is plaatselijk zwak roest-houdend tussen 0,55 en 1,5 m-mv. Plaatselijk komt puin voor in de ondergrond.


De gegevens van de bodemsamenstelling en de hydrologie zijn verkregen uit de TNO-grondwaterkaart (centrale slenk). De bodemopbouw is als volgt:


Deklaag (0 - 20 meter beneden maaiveld)

Vanaf maaiveld tot circa 20 m-mv is een deklaag van uiterst fijn tot middel fijn zand met plaatselijk leemlagen (Nuenen-groep)


Eerste watervoerende pakket (20 tot 40 meter beneden maaiveld)

Onder deze deklaag tot circa 40 m-mv bevindt zich het eerste watervoerende pakket dat voornamelijk uit middel grof tot uiterst grof zand en grind bestaat (formatie van Sterksel en Veghel).


Grondwater

Tijdens de veldwerkzaamheden op 2 oktober 2012 en de grondwaterbemonstering op 9 oktober 2012 zijn de grondwaterstanden bepaald. In onderstaande tabel is per peilbuis de grondwaterstand opgenomen.


Grondwaterstanden

locatie   peilbuis   grondwaterstand (m–mv)  
    2-10-2012   9-10-2012  
Onze Lieve Vrouwedijk 43a   101   2,5   2,28  
Onze Lieve Vrouwedijk 43a   201   2,6   2,22  
Onze Lieve Vrouwedijk 43a   301   2,5   2,23  
Onze Lieve Vrouwedijk 43a   401   2,5   2,22  
Onze Lieve Vrouwedijk 43a   501   2,8   2,23  



De stromingsrichting van het freatische grondwater is regionaal noordwestelijk gericht. Naar opgave van de provincie Noord-Brabant ligt het onderzoeksgebied niet in een grondwaterbeschermingsgebied, maar wel in de boringsvrije zone van de Beschermingszone Aalster-weg/Klotputten. Op de onderzoekslocatie wordt voor zover bekend geen grondwater onttrokken. Ongeveer 200 meter ten zuiden van de onderzoekslocatie is een grondwateronttrekking ten behoeve van beregening (0 tot 100 m3/uur) aanwezig. De aanwezigheid van ongeregistreerde onttrekkingen in de directe omgeving is niet bekend en wordt derhalve niet uitgesloten.


Gemiddelde grondwaterstand

In de digitale Wateratlas van provincie Noord-Brabant is de gemiddelde grondwaterstand aangegeven door middel van zogenaamde grondwatertrappen. De locatie bevindt zich een gebied binnen de contouren van grondwatertrap VI (conform indeling provincie Noord-Brabant). Hierbij hoort een gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) van 0,8 tot 1,4 m-mv en een gemiddeld laagste grondwaterstand (GLG) van >1,2 m-mv. De specifieke GHG die hierbij vermeld wordt, bedraagt 1 tot 1,2 m-mv. De specifieke GLG die hierbij vermeld wordt, bedraagt 2,0 tot 2,5 m-mv. Uit informatie van de eigenaar blijkt dat er nooit water-overlast is geweest op de locatie. Op basis van de digitale wateratlas en de actuele grondwaterstand wordt een GHG aangehouden van minimaal 0,8 m-mv. In de bijgevoegde rapportage zijn fragmenten van de grondwatertrappenkaarten opgenomen.


Kwel en infiltratie

In de digitale Wateratlas is tevens te herleiden dat de locatie zich in een infiltratiegebied bevindt. In de bijgevoegde rapportage is een fragment van de kwel- of infiltratiekaart opgenomen.


Afvoercoëfficient

Uit de afvoercoëfficiëntenkaart van Waterschap Aa en Maas en De Dommel is te herleiden dat voor onderhavige locatie een afvoercoëfficiënt van 0,33 l/s/ha geldt. Dit is de maximale hoeveelheid water die vanuit het gebied tot afstroming mag komen naar het externe water-systeem. In de bijgevoegde rapportage is een fragment van de afvoercoëfficiëntenkaart opgenomen.


Oppervlaktewater in de omgeving

Uit de Wateratlas van de provincie Noord-Brabant, fragment zie afbeelding 7, komt naar voren dat ten noordoosten van de projectlocatie een sloot aanwezig is.


Afbeelding 7: globale ligging watergangen

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00165-0201_0012.png"


Uit de Keurkaart van waterschap De Dommel, afbeelding 8, komt naar voren dat de sloot geen watergang van het waterschap betreft.


Afbeelding 8: Keurkaart waterschap De Dommel

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00165-0201_0013.png"

Waterstromen huidige situatie

Ter plaatse van de onderzoekslocatie komt momenteel (huishoudelijk) afvalwater vrij en er is een hemelwaterafvoersysteem aanwezig. In de huidige situatie is er in het plangebied sprake van bedrijfsbebouwing en een parkeerplaats verhard met klinkers. In onderstaande tabel zijn de oppervlakten weergegeven. Het hemelwater dat valt op het bedrijfsgebouw en de parkeerplaatsen wordt rechtstreeks op de sloot aan de Onze Lieve Vrouwedijk geloosd. Gezien de infiltratiecapaciteit van de bodem en de grondwaterstanden zal bij een bui van gemiddelde duur en intensiteit het hemelwater op het maaiveld gedeeltelijk infiltreren in de bodem. Er is voor zover bekend geen sprake van wateroverlast op de locatie.


Voornemens

Ter plaatse van de onderzoekslocatie is men voornemens om de bestaande bebouwing te vergroten met een nieuwe aanbouw. In onderstaand overzicht is weergegeven hoe de verhardingssituatie er in de huidige en toekomstige situatie uitziet.


Verhardingssituatie huidige en toekomstige situatie

  Huidige m2 (circa)   Toekomstig m2 (circa)  
bedrijfsbebouwing   935   1.515  
terreinverharding (parkeerplaats)   4.300   3.720  
onverhard (tuinen, weiland)   -   -  
totaal verhard   5.235   5.235  
totaal terrein   5.235   5.235  


Zoals blijkt uit de tabel, blijft het verhard oppervlak gelijk.


Uitgangspunten watertoets

De watertoets heeft als doel om water als ordenend principe een rol te laten spelen bij ruimtelijke plannen en besluiten, door alle relevante waterhuishoudkundige aspecten vroegtijdig te betrekken bij de planvorming. De watertoets is vanaf november 2003 wettelijk verankerd. De leidraad van de watertoets is het doorlopen van de drietrapsstrategie voor de omgang met water: vasthouden, bergen, afvoeren. Ook waterkwaliteit, waterschaarste, verdroging en het tegengaan van verzilting kunnen relevante onderwerpen zijn waarmee rekening gehouden dient te worden.


De locatie valt binnen het beheersgebied van Waterschap De Dommel. De hoofdlijnen voor het waterbeleid van De Dommel zijn beschreven in het waterbeheerplan 'Krachtig Water', dat is afgestemd op het Stroomgebiedsbeheerplan Maas, het Nationaal Waterplan en het Provinciaal Waterplan. In dit waterplan zijn de hoofdlijnen voor het beleid voor de periode 2010-2015 beschreven. Hierbij wordt met behulp van een aantal thema's gestreefd naar droge voeten, voldoende en schoon water om zo bij te dragen aan leefomgeving waarin mensen graag wonen, werken en recreëren met goede condities voor ondernemers. Een van de instrumenten om dit te bereiken is de watertoets; het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. Het centrale uitgangspunt hierbij is het principe 'Hydrologisch Neutraal Ontwikkelen', waarbij de geohydrologische situatie als gevolg van de ontwikkelingen niet mag verslechteren.


Waterschap De Dommel en waterschap Aa en Maas hebben in de notitie 'Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk' (11 juli 2006) de uitgangspunten gegeven voor Hydrologisch Neutraal Ontwikkelen. Om dit te implementeren in het watertoetsproces en de verschillende aspecten toetsbaar te maken is het "Toetsinstrumentarium Hydrologisch Neutraal Ontwikkelen" ontwikkeld. Doel van het toetsinstrumentarium is het bepalen van ondermeer de benodigde hemelwaterinfiltratie en -berging ten behoeve van het hydrologisch neutraal ontwikkelen van een (nieuw) projectgebied.


In oktober 2011 is een aanvulling op de handleiding van het toetsinstrumentarium doorgevoerd welke gebaseerd is op het rapport "Toetsinstrumentarium Hydrologisch Neutraal Ontwikkelen". De afvoercoëfficiëntenkaart is herontwikkeld door waterschap De Dommel en waterschap Aa en Maas. Het doel en de uitgangspunten in de handleiding zijn gelijk gebleven. Concreet betekent dit dat er binnen de grenzen van het plangebied voor gezorgd moet worden dat:


- de hemelwaterafvoer niet toeneemt (geen toename van de afvoercoëfficiënt);

- de waterstanden in het open water niet toenemen;

- de grondwateraanvulling gelijk blijft (voor een gemiddeld nat jaar);

- de waterstanden in de infiltratievoorziening en de open waterberging voldoen aan de eisen voor de gemiddelde situatie en de T=10+10%-situatie en aan het advies voor de T=100+10%-situatie.


Geohydrologische verantwoording

Op 1 oktober is contact geweest met de gemeente Waalre (de heer M. van de Mortel) en op 9 oktober met waterschap De Dommel (de heer J. Venderbos). Zij stellen geen nadere eisen voor wat betreft berging. Dit omdat er geen toename is van het verhard oppervlak. De afwatering zal blijven geschieden zoals in de huidige situatie. Het toetsinstrumentarium is, in overleg met het waterschap, niet toegepast voor deze ontwikkeling.


Het huishoudelijke afvalwater dat vrijkomt bij de toekomstige situatie wordt afgevoerd naar het gemeentelijke vuilwaterstelsel. Het afstromend hemelwater wordt hier echter niet op aangesloten.


Verder worden de volgende aspecten in acht genomen:

  • vervuiling van afstromend hemelwater wordt zoveel mogelijk voorkomen door het gebruik van niet-uitloogbare bouwmaterialen;
  • door de gemeente Waalre wordt voorgesteld om in een vervolgtraject (milieuvergunning/melding Activiteitenbesluit) aandacht te hebben voor maatregelen met betrekking tot eventueel lekkende auto's op het terrein en minimale toepassing van zinken daken (in concreto, de bestaande bebouwing behoudt zijn zinken dak en de nieuwbouw zal geen zinken dak hebben;
  • aangezien het hemelwater niet in contact komt met wegen of drukbezochte parkeerterreinen is geen noemenswaardige vervuiling te verwachten en kan het water zonder aanvullende maatregelen afgestroomd worden;
  • ook op basis van de milieukundige bodemkwaliteit worden geen belemmeringen verwacht voor de infiltratie van hemelwater.


Doordat er geen verhardingsoppervlak bij komt en de afwatering zal gescheiden zoals in de huidige situatie wordt tegemoet gekomen aan de uitgangspunten van Waterschap De Dommel en wordt hydrologisch neutraal ontwikkeld.


Voor de volledige rapportage wordt verwezen naar bijlage 2.