direct naar inhoud van Artikel 9 Kantoor
Plan: Stadsbedrijvenpark
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.07BP2012121A-A001

Artikel 9 Kantoor

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kantoren;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'gezondheidszorg' tevens een polikliniek;

met daaraan ondergeschikt:

  • c. wegen en paden;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. waterlopen en waterpartijen;
  • g. restauratieve voorzieningen ten dienste van de bestemming tot een maximum van 15% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte;
  • h. nutsvoorzieningen;
  • i. kunstwerken;

met de daarbij behorende:

  • j. bouwwerken;
  • k. tuinen, erven en terreinen.
9.2 Bouwregels

Op de voor 'Kantoor' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

9.2.1 Bouwwerken

Ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' mag het bebouwingspercentage ten hoogste het aangegeven percentage bedragen.

9.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden tevens de volgende regels:

  • a. een gebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de afstand van gebouwen tot de bouwperceelgrens bedraagt ten minste 5 meter;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)' mag de bouwhoogte ten hoogste de aangegeven hoogte bedragen.
9.2.3 Overige bouwwerken

Voor het bouwen van overige bouwwerken, gelden de volgende regels:

  • a. overkappingen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd met een maximum oppervlakte van 25 m2;
  • b. de bouwhoogte van (vrijstaande) overkappingen mag ten hoogste 3,3 meter bedragen, of ten hoogste de bovenkant van de vloer van de eerste verdieping indien deze hoger is;
  • c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 1 meter bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevels(s) van het (hoofd)gebouw of het verlengde daarvan ten hoogste 2 meter mag bedragen;
  • d. de bouwhoogte van de andere overige bouwwerken mag ten hoogste 6 meter bedragen.
9.3 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de milieusituatie;
  • c. externe veiligheid;
  • d. de verkeerssituatie;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
9.4 Afwijken van de bouwregels
9.4.1 Afwijken

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.2.2 sub b in die zin dat de afstand tussen gebouwen en de bouwperceelgrens wordt verkleind tot 0 meter.

9.4.2 Afwegingskader

De in lid 9.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan uitsluitend worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de milieusituatie;
  • c. de verkeerssituatie;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
9.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik in strijd met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen een gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van:

  • a. de uitoefening van detailhandel;
  • b. de uitoefening van horeca, met uitzondering van restauratieve voorzieningen ten dienste van de bestemming tot een maximum van 15% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte;
  • c. buitenopslag van goederen op gronden gelegen vóór de naar de openbare weg gekeerde gevel(s) van de bedrijfsgebouwen en het verlengde van die gevel(s).