Inpassingsplan Filipsberg Wapenveld

4.5 Flora en fauna

Er zijn verschillende soorten van natuurbescherming: gebiedsbescherming, soortbescherming en planologische bescherming via de Ecologische Hoofdstructuur. In het kader van de gebiedsbescherming zijn de zogeheten Natura 2000-gebieden aangewezen. Soortbescherming is geregeld in de Flora- en Faunawet. Deze wet bepaalt dat bij een ruimtelijke ingreep geen schade mag worden toegebracht aan beschermde planten- en diersoorten. Duidelijk moet worden gemaakt dat er geen beschermde diersoorten worden verontrust, dat de nesten, holen of andere verblijfplaatsen niet worden vernield, beschadigd of verstoord en dat planten niet worden verwijderd van hun groeiplaats. In bepaalde gevallen kan ontheffing van de wet worden verleend, met name wanneer het aantasten van een aantal individuen geen gevolgen heeft voor “de gunstige staat van instandhouding van de soort”.

Geconcludeerd kan worden dat het plan geen ingrijpende negatieve ecologische gevolgen zal hebben. Er zal juist een positief effect zijn, met name door de toegenomen rust in het gebied. Tevens wordt de corridor verbeterd, waardoor er een betere uitwisseling van (diersoorten) kan ontstaan. Per saldo draagt het plan in positieve zin bij aan de wezenlijke waarden en kenmerken van het gebied. Er hoeft geen ontheffing in het kader van de Flora en faunawet of vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet te worden aangevraagd.