direct naar inhoud van 2.1 Rijksbeleid
Plan: Inpassingsplan N348
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.9925.IPN348Zutphen-vst1

2.1 Rijksbeleid

Nota Ruimte

Het belangrijkste kader op rijksniveau wordt gevormd door de Nota Ruimte (2005). De Nota Ruimte bevat de visie van de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland tussen nu en 2020, met een doorkijk naar 2030. In de Nota Ruimte is onder andere de ontwikkeling van de nationale stedelijke netwerken beschreven. Nationale stedelijke netwerken zijn grote(re) en kleinere steden, gescheiden door open ruimten. De samengestelde steden dienen elkaar aan te vullen en te versterken.


Het nieuwe tracé van de N348 bevindt zich binnen het stedelijk netwerk 'Stedendriehoek', dat de steden Apeldoorn, Deventer en Zutphen (en de daarbinnen gelegen kernen) bundelt. De Tweede Kamer heeft op 23 maart 2005 unaniem een motie aangenomen over de positie van de Stedendriehoek in de Nota Ruimte. In de motie staat beschreven dat de Stedendriehoek (samen met twee andere specifiek genoemde stedelijke netwerken) in aanmerking komt voor financiële steun van de rijksoverheid, indien zij met goede, onderling afgestemde plannen komen op het gebied van onder meer wonen, mobiliteit, water, bedrijventerreinen en bovenlokale voorzieningen.

Nota Mobiliteit

De Nota Mobiliteit (2004) werkt het ruimtelijk beleid, zoals beschreven in de Nota Ruimte, verder uit en beschrijft de hoofdlijnen van het nationale verkeers- en vervoersbeleid voor de komende decennia. De nota Mobiliteit is de opvolger van het Tweede Structuurschema Verkeer en Vervoer (SVV-2).


Uitgangspunt is dat mobiliteit een noodzakelijke voorwaarde is voor economische en sociale ontwikkeling. Een goed functionerend systeem voor personen- en goederenvervoer en een betrouwbare bereikbaarheid van deur tot deur zijn essentieel om de economie en de internationale concurrentiepositie van Nederland te versterken. Belangrijke thema's hierbij zijn:

  • versterken van de economie door het verbeteren van de bereikbaarheid;
  • groei van verkeer en vervoer mogelijk maken;
  • betrouwbaar en snel over de weg;
  • kwaliteit leefomgeving verbeteren;
  • veiligheid permanent verbeteren.


De Nota Mobiliteit wil de mobiliteitsgroei zo accommoderen dat betrouwbare, vlotte en veilige verplaatsingen van A naar B mogelijk zijn binnen de (inter)nationale wettelijke en beleidsmatige kaders van milieu en leefomgeving. Mobiliteit is een drager van economische groei, maar ook een maatschappelijke behoefte. Het terugdringen van mobiliteit is daarom geen optie. De mobiliteit dient juist in goede banen geleid te worden. Neveneffecten van mobiliteit, zoals de uitstoot van schadelijke stoffen (luchtkwaliteit), geluidsoverlast en versnippering van het landschap, moeten binnen de perken blijven.


Infrastructuur is een structurerend principe in het ruimtelijk beleid, zowel op Rijks, provinciaal, regionaal als gemeentelijk niveau. De nota spreekt over een gebiedsgerichte aanpak. Het rijk, de provincies, de regio's en de betreffende gemeenten maken gezamenlijk netwerkanalyses. Deze analyse brengt de ruimtelijke ontwikkeling en de mobiliteitsontwikkeling van alle modaliteiten en daaruit voortvloeiende potentiële problemen en opgaven in een gebied in kaart. Bij het opstellen van een netwerkanalyse wordt een pakket met maatregelen ontwikkeld om de bereikbaarheid te verbeteren.


In de netwerkanalyses wordt aandacht besteed aan investeringen ten behoeve van mobiliteit. Er wordt naar gestreefd om maatregelenpakketten samen te stellen die de hoogste maatschappelijke baten realiseren. Op basis van deze netwerkanalyses en maatregelenpakketten maken de overheden vervolgens gezamenlijk afspraken over hoe deze deur-tot-deurbereikbaarheid te verbeteren en hoe de beschikbare investeringsbudgetten maatschappelijk optimaal aangewend kunnen worden. De netwerkanalyse voor de regio Stedendriehoek is in de nota genoemd als een van de analyses die in 2006 moeten worden afgerond.


De genoemde netwerkanalyse is door de provincie Gelderland en de Regio Stedendriehoek uitgevoerd in de 'Verkenning Onderliggend Wegennet Stedendriehoek' (2007). De conclusie uit dit onderzoek was dat de problemen tussen Zutphen en Deventer in de "corridor" moeten worden opgelost. In de 'Corridorstudie N348 Zutphen - Deventer' is vervolgens onderzoek gedaan naar de mogelijke oplossingen.