Plan: | Logistiek Centrum Eerbeek |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | inpassingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.9925.LCEGLD-ONT1 |
het inpassingsplan Logistiek Centrum Eerbeek met identificatienummer NL.IMRO.9925.LCEGLD-ONT1 van de provincie Gelderland;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
de regio-archeoloog of een andere door het bevoegd gezag aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg.
het verrichten van werkzaamheden met als doel het verzamelen van kennis en wetenschap van bekende of verwachte overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden
de aan een gebied toegekende bekende of te verwachten waarde in verband met de in dat gebied aanwezige archeologische sporen en relicten.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren, inzamelen, verwerken, verhuren, opslaan en/of distribueren van goederen.
de totale vloeroppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen, en overige dienstruimten.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een zone moet worden vastgesteld;
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
bedrijven uit Eerbeek en Loenen die gericht zijn op het vervaardigen van papier en karton en op papier of karton gebaseerde verpakkingsmaterialen en -producten.
een bedrijf zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de kortste afstand van het gebouw tot de perceelsgrens.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidingsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De voor 'Bedrijventerrein - Logistiek Centrum Eerbeek aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag ten behoeve van de bestemming 'Bedrijventerrein - Logistiek Centrum Eerbeek worden gebouwd met in achtneming van de volgende bepalingen:
Bouwen ten behoeve van de in 3.1 bedoelde bestemming is uitsluitend toegestaan indien wordt voorzien in watercompensatie binnen het plangebied, waarbij:
Bouwen ten behoeve van de in 3.1 bedoelde bestemming is uitsluitend toegestaan indien:
Gebruik van de gronden voor de opslag en overslag ten behoeve van de papier- en verpakkingsindustrie in Eerbeek en Loenen is niet eerder toegestaan dan 1 januari 2026.
Gebruik van de gronden voor de opslag en overslag ten behoeve van de papier- en verpakkingsindustrie in Eerbeek en Loenen is uitsluitend toegestaan indien het lokale vervoer (pendeldienst) tussen de bedrijven behorende tot de papier- en verpakkingsindustrie in Eerbeek-Loenen en het plangebied, alsmede het laden en lossen binnen het plangebied, plaatsvindt middels materieel dat gebruik maakt van niet-fossiele brandstoffen.
Gebruik van de gronden voor de opslag en overslag ten behoeve van de papier- en verpakkingsindustrie in Eerbeek en Loenen is uitsluitend toegestaan indien:
De voor Natuur aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag niet worden gebouwd.
Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval begrepen:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Natuur zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 4.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning.
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 4.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Verkeer' uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde en gebouwtjes voor nutsvoorzieningen worden gebouwd met in achtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Waarde - Archeologie-Middelmatig' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
Voorrangsbepaling
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de bepalingen van de dubbelbestemming ‘Waarde - Archeologie-Middelmatig voor de bepalingen die op grond van andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het is verboden om op of in de gronden bedoeld in artikel 6.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van bevoegd gezag bouwactiviteiten en/of heiwerkzaamheden uitvoeren met bodemingrepen op een grotere diepte dan 40 cm.
Het onder 6.2.1 genoemde verbod is niet van toepassing als aan tenminste één van de onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het in art. 6.2.1 genoemde verbod door het toestaan van bouwen met inachtneming van het volgende. Op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat er geen archeologische waarden zijn te verwachten of kunnen worden geschaad.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning grondroerende, of graafwerkzaamheden op de in lid 6.1 bedoelde gronden.
Het onder 6.3.1 genoemde verbod is niet van toepassing als aan ten minste één van de onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het in art. 6.3.1 genoemde verbod door het toestaan van werkzaamheden met inachtneming van het volgende. Op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat er geen archeologische waarden zijn te verwachten of kunnen worden geschaad;
De voor 'Waarde - Archeologie-Hoog' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
Voorrangsbepaling
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de bepalingen van de dubbelbestemming ‘Waarde - Archeologie -Hoog' voor de bepalingen die op grond van andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het is verboden om op of in de gronden bedoeld in artikel 7.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van bevoegd gezag bouwactiviteiten en/of heiwerkzaamheden uitvoeren met bodemingrepen op een grotere diepte dan 40 cm.
Het onder 7.2.1 genoemde verbod is niet van toepassing als aan tenminste één van de onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het in art. 7.2.1 genoemde verbod door het toestaan van bouwen met inachtneming van het volgende. Op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat er geen archeologische waarden zijn te verwachten of kunnen worden geschaad;
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning grondroerende, of graafwerkzaamheden op de in lid 7.1 bedoelde gronden.
Het onder 7.3.1 genoemde verbod is niet van toepassing als aan ten minste één van de onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het in art. 7.3.1 genoemde verbod door het toestaan van werkzaamheden met inachtneming van het volgende. Op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat er geen archeologische waarden zijn te verwachten of kunnen worden geschaad;
De ruimte voor het parkeren van auto's is afgestemd op gangbare personenauto's waaraan wordt voldaan indien de afmetingen van:
Een omgevingsvergunning voor het bouwen en / of een omgevingsvergunning voor een wijziging van het gebruik kan pas worden verleend als is verzekerd dat op eigen terrein wordt voorzien in voldoende ruimte voor het laden of lossen van goederen met bijbehorende voorzieningen, en deze voorzieningen in stand worden gelaten.
Bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.2.1 en artikel 9.2.3 indien:
Dit besluit moet worden voorzien van een motivering waaruit blijkt dat de ruimtelijke kwaliteit gewaarborgd blijft.
Bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aanvullend aan het bepaalde in artikel 9.2.1 en 9.2.3 ten behoeve van het verhogen van de parkeernormen en / of het aanleggen van voorzieningen voor het laden en lossen indien dat nodig is gelet op het gebruik en / of het bouwplan waarbij het (functioneren van) de omgeving mede betrokken wordt. Het besluit tot het stellen van de nadere eis moet worden voorzien van een motivering waaruit in ieder blijkt dat de eis noodzakelijk is om de ruimtelijke kwaliteit te borgen.
Een nadere eis kan tevens gesteld worden bij die (bouw)plannen waarvan de functie niet genoemd wordt in Bijlage 2.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het inpassingsplan Logistiek Centrum Eerbeek'.