direct naar inhoud van 5.1 Flora en fauna
Plan: Agrarisch gebied, 65e herziening (De Steeg 18-18a en De Steeg ong.)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.00000854-va02

5.1 Flora en fauna

Bescherming in het kader van de natuur wet- en regelgeving is op te delen in gebieds- en soortenbescherming. Bij gebiedsbescherming heeft men te maken met de Natuurbeschermingswet en de Ecologische Hoofdstructuur. Soortenbescherming komt voort uit de Flora- en faunawet.

5.1.1 Gebiedsbescherming

Natuurgebieden of andere gebieden die belangrijk zijn voor flora en fauna kunnen op basis van de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn (Natura2000) worden aangemerkt als speciale beschermingszones (SBZ’s).

Op 1 oktober 2005 is de gewijzigde Natuurbeschermingswet 1998 in werking getreden. Vanaf dat moment heeft Nederland de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn in nationale wetgeving verankerd. Nederland zal aan de hand van een vergunningenstelsel de zorgvuldige afweging waarborgen rond projecten die gevolgen kunnen hebben voor Natura 2000-gebieden. Deze vergunningen worden verleend door de provincies of door de Minister van LNV.

Het plangebied is gelegen in de nabijheid van een Natura 2000-gebied en de EHS. Ook bevindt het plangebied zich in het Nationaal Landschap 'Veluwe'. De ligging van deze gebieden is aangegeven in de figuren 6.1., 6.2. en 6.3.

afbeelding "i_NL.IMRO.0246.00000854-va02_0010.png"

Figuur 6.1. Ligging plangebied t.o.v. het Natura 2000-gebied 'Veluwe'

Natura 2000-gebieden 'Veluwe

Het Natura 2000-gebied 'Veluwe' ligt ten westen van het plangebied en kwalificeert zich zowel onder de Vogel- als Habitatrichtlijn. Het Natura 2000-gebied 'Veluwe' bevindt zich op ruim 1,5 kilometer van het plangebied. Het onderhavige initiatief betreft een beperkte ruimtelijke ontwikkeling. De afstand tot aan het Natura 2000-gebied 'Veluwe' is dusdanig groot dat er geen effecten te verwachten zijn die een negatieve invloed zouden kunnen hebben op het Natura 2000-gebied 'Veluwe'.

Daarbij komt dat onderhavige ruimtelijke ontwikkeling het herbestemmen van een voormalig agrarisch bouwblok tot 'wonen' en het vergroten van een bestaand agrarisch bouwblok betreft. Aan De Steeg 18 zijn er, door het herbestemmen tot 'wonen', geen agrarische ontwikkelingsmogelijkheden meer. Het vergroten van het agrarisch bouwblok tegenover De Steeg 18 levert wel extra ontwikkelingsmogelijkheden op. Al met al kan echter gesteld worden dat de agrarische ontwikkelingsmogelijkheden aan De Steeg in zijn totaliteit minder worden. Mede om deze reden wordt geconcludeerd dat de voorgenomen plannen geen effecten zullen hebben op de Natura 2000 instandhoudingsdoelstellingen.

Ecologische Hoofdstructuur

Het plangebied maakt geen onderdeel uit van een gebied dat is aangewezen als EHS. Het dichtstbijzijnde gebied behorend tot de EHS is gelegen op een afstand van circa 400 meter ten oosten van het plangebied. Op basis van de ligging en aard van de ruimtelijke ontwikkeling kan worden geconcludeerd dat aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden van de EHS niet aan de orde is.

afbeelding "i_NL.IMRO.0246.00000854-va02_0011.png"

Figuur 6.2. Ligging plangebied t.o.v. de EHS

Nationaal Landschap 'Veluwe'

Het plangebied ligt in het Nationaal Landschap 'Veluwe'. Volgens de Nota Ruimte geldt in deze landschappen het 'ja-mits-regime. Grootschalige ontwikkelingen zijn hier niet toegestaan. De aanwezige kernkwaliteiten van het Nationale Landschap mogen niet worden aangetast.

De ruimtelijke ontwikkeling waarin onderhavig bestemmingsplan voorziet is een kleinschalige ruimtelijke ontwikkeling van beperkte omvang. Er vindt een herbestemming plaats van 'Agrarisch' naar 'Wonen' en een bestaand agrarisch bouwblok wordt enigszins vergroot. Deze ontwikkelingen doen geen afbreuk aan de kernkwaliteiten van het Nationaal Landschap 'Veluwe'.

afbeelding "i_NL.IMRO.0246.00000854-va02_0012.png"

Figuur 6.3. Ligging plangebied in het Nationaal Landschap 'Veluwe'

5.1.2 Flora en Faunawet

Wat betreft de soortbescherming is de Flora- en Faunawet van toepassing. Hierin wordt onder andere de bescherming van dier- en plantensoorten geregeld. Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient te worden getoetst of er sprake is van negatieve effecten op de aanwezige natuurwaarden. Als hiervan sprake is, moet ontheffing of vrijstelling worden gevraagd.

Voor wat betreft het perceel De Steeg 18 vindt er enkel een herbestemming plaats van 'Agrarisch gebied' naar 'Wonen'. Op het perceel zal niet gesloopt worden en het verhard oppervlakte zal niet toenemen.

Het agrarisch bouwblok tegenover De Steeg 18 wordt enigszins vergroot. Hiervoor wordt gebruikt gemaakt van gronden die momenteel intensief agrarisch gebruikt worden. De huidige vegetatie hier is gras. Gelet op de terreingesteldheid van deze gronden is het plangebied ongeschikt voor beschermde flora. Gelet op de kenmerken is er evenmin sprake van een foerageergebied. Voornaamste reden hiervoor is het feit dat de locatie regelmatig gemaaid en intensief agrarisch gebruikt wordt waardoor deze niet geschikt is voor enige vorm van beschermde flora/ en of fauna. De agrarische grond waarop de uitbreiding van het agrarisch bouwblok plaatsvindt heeft geen of een zeer lage ecologische waarde. Van een negatief effect van de ingrepen in het gebied op de flora en fauna lijkt dan ook geen sprake. In verband daarmee is een nader (veld)onderzoek of het aanvragen van een ontheffing op de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet niet noodzakelijk.

Overigens wordt benadrukt dat rekening wordt gehouden met de in artikel 2 van de Flora- en faunawet opgenomen zorgplichtbepaling.

Op grond van artikel 2, lid 1 neemt een ieder voldoende zorg in acht voor de in het wild levende dieren en planten, evenals voor hun directe leefomgeving. In artikel 2, lid 2 is bepaald dat de zorg, bedoeld in het eerste lid, in ieder geval inhoudt dat een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige gevolgen voor flora of fauna kunnen worden veroorzaakt, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten voorzover zulks in redelijkheid kan worden gevergd, dan wel alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kunnen worden gevergd teneinde die gevolgen te voorkomen of, voorzover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, deze zoveel mogelijk te beperken of ongedaan te maken. De zorgplicht geldt altijd en voor alle planten en dieren, of ze beschermd zijn of niet, en in het geval dat ze beschermd zijn ook als er ontheffing of vrijstelling is verleend.