direct naar inhoud van Artikel 37 Algemene gebruiksregels
Plan: Buitengebied West
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.00000800-vo01

Artikel 37 Algemene gebruiksregels

37.1 Strijdig gebruik
  • 1. Onder een gebruik, strijdig met de bestemming, wordt in ieder geval verstaan het gebruiken of het laten gebruiken van gebouwen ten behoeve van een seksinrichting.
  • 2. Onder een gebruik, strijdig met de bestemming, wordt niet verstaan:
    • a. het gebruiken of het laten gebruiken van gronden ten behoeve van kortstondige, incidentele evenementen, festiviteiten en manifestaties, indien en voor zover daarvoor ingevolge een wettelijk voorschrift vergunning is vereist en deze is verleend.
    • b. de opslag van materiaal en het stallen van caravans in (voormalige) agrarische bedrijfsgebouwen.
37.2 Nevenactiviteiten bij agrarische bedrijven
37.2.1 Toegestaan gebruik

Bij agrarische bedrijven als bedoeld in artikel 3 (Agrarisch), artikel 4 (Agrarisch - Glastuinbouw) en artikel 5 (Agrarisch - Kwekerij) zijn uitsluitend binnen het bouwvlak, in bestaande bedrijfs- en andere gebouwen, de volgende nevenactiviteiten toegestaan, in het daarbij aangegeven gebied, zoals die is afgebeeld in Bijlage 4 Landschapstypen nevenactiviteiten tot de daarbij vermelde gezamenlijke oppervlakte:

gebiedstype   nevenactiviteit   max. gezamenlijke oppervlakte  
EHS   categorie 1, als bedoeld in Bijlage 5 Lijst van toegestane nevenactiviteiten   25% van het bebouwde oppervlakte tot een maximum van 350 m²  
  statische opslag en stalling caravans   750 m²  
Waardevol landschap   categorie 1 en 2, als bedoeld in Bijlage 5 Lijst van toegestane nevenactiviteiten   25% van het bebouwde oppervlakte tot een maximum van 350 m²  
  statische opslag en stalling caravans   1000 m²  
Multifunctioneel platteland   categorie 1 en 2, als bedoeld in Bijlage 5 Lijst van toegestane nevenactiviteiten   500 m²  
  statische opslag en stalling caravans   1000 m²  

37.2.2 Afwijken van toegestaan gebruik

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 37.2.1:

  • 1. ten behoeve van een vergroting van de oppervlaktematen:
    • a. in het gebiedstype Multifunctioneel platteland tot 20%;
    • b. in het gebiedstype Waardevol landschap tot 15%;
      mits een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit wordt aangetoond.
  • 2. ten behoeve van het bouwen van maximaal 200 m² aan gebouwen voor het uitoefenen van nevenactiviteiten.
37.3 Bed & Breakfast
37.3.1 Toegestaan gebruik

Een bedrijfswoning of woning mag worden gebruikt en verbouwd ten behoeve van bed & breakfast met maximaal 2 slaapkamers en 5 slaapplaatsen, bijvoorbeeld in de vorm van boerderijkamers.

37.3.2 Afwijken van toegestaan gebruik

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 37.3.1 ten behoeve van bed & breakfast in aan de bedrijfswoning of woning gebouwde bijbehorend bouwwerk.

37.4 Paardenbakken
37.4.1 Toegestaan gebruik

Met betrekking tot paardenbakken bij woningen en bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:

  • 1. bij iedere woning en bedrijfswoning is één paardenbak toegestaan;
  • 2. de afstand van de rand van de paardenbak tot de woning of het bouwvlak, danwel de rechtmatige bebouwing dat buiten het bouwvlak is gebouwd, mag niet meer dan 40 m bedragen;
  • 3. de afstand van de rand van de paardenbak tot een woning van derden mag niet minder bedragen dan 50 m;
  • 4. de inwendige maatvoering bedraagt maximaal 20 bij 40 m;
  • 5. vanaf 100 m van Natura2000-gebieden mogen lichtmasten worden gebouwd, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 8 m mag bedragen en uitsluitend in de periode tussen 7.00 en 22.00 uur;
  • 6. de bouwhoogte van de omheining mag niet meer dan 1,70 m bedragen;
  • 7. de paardenbak dient landschappelijk ingepast te worden.
37.4.2 Afwijken van toegestaan gebruik

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in:

  • 1. sublid 37.4.1 onder 2, en toestaan dat de bedoelde afstand niet meer bedraagt dan 60 m;
  • 2. sublid 37.4.1 onder 3, en toestaan dat de bedoelde afstand niet minder bedraagt dan 40 m.