Stuivenbergweg, bedrijfsverplaatsing Heijdra

6.2 Bodem

Normstelling en beleid

Volgens artikel 3.1.6 van het Besluit op de ruimtelijke ordening dient in verband met de uitvoerbaarheid van een plan onderzoek te worden verricht naar de bodemgesteldheid in het plangebied. Bij functiewijzigingen dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende is voor de beoogde nieuwe functie. Nieuwe bestemmingen dienen bij voorkeur op schone gronden te worden gerealiseerd.

Onderzoek en conclusie

In juli 2009 is in opdracht van de Dienst Landelijk Gebied door AquaTerra-KuiperBurger een vooronderzoek volgens de NEN 5725 uitgevoerd op de locatie. Uit dit vooronderzoek blijkt dat op de locatie sprake is van verdachte terreindelen waarbij kans op bodemverontreiniging aanwezig is. Ter plaatse van de dam nabij de entree van het perceel is een uiterst sterke bijmenging van puin in de bovengrond vastgesteld. Formeel gezien is het aantreffen van een puinhoudende dam en/of pad aanleiding voor het aanbevelen van een verkennend (asbest)onderzoek. Gezien de beperkte omvang van de dam, de visuele afwezigheid van asbest, verdacht materiaal en het feit dat er waarschijnlijk geen sprake is van bodem (>50% puin), wordt het uitvoeren van een verkennend bodemonderzoek niet noodzakelijk geacht.