direct naar inhoud van 3.2 Rijksbeleid en Europese richtlijnen
Plan: Slibdepot A2
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0353.201012Slibdepot-Vo01

3.2 Rijksbeleid en Europese richtlijnen

3.2.1 Nota Ruimte

In de Nota Ruimte, die in april 2004 is verschenen, zijn door de ministeries van VROM, LNV, V&W en EZ de principes voor de ruimtelijke inrichting van Nederland vastgelegd. Een belangrijk uitgangspunt van de Nota Ruimte is bundeling van verstedelijking, economische activiteiten en infrastructuur in de stedelijke regio's. Dit betekent dat nieuwe bebouwing voor deze functies grotendeels geconcentreerd tot stand komt. Dat wil zeggen in bestaand bebouwd gebied, aansluitend op het bestaande bebouwde gebied of in nieuwe clusters van bebouwing daarbuiten.

De gemeente IJsselstein is gelegen in één van de Nationale Stedelijke Netwerken, de Randstad. Binnen elk nationaal stedelijk netwerk heeft het rijk indicatief een aantal gebieden aangegeven waar de verstedelijking wordt gebundeld. IJsselstein is binnen één van deze gebieden gelegen (regio Utrecht). Hierbij geldt dat de optimale benutting van het bestaande bebouwde gebied voorrang heeft.

In de Nota Ruimte zijn ook nationale landschappen en de Ecologische hoofdstructuur aangewezen. Beiden zijn door de provincie nader uitgewerkt. Hier wordt verder op ingegaan in paragraaf 3.3.

3.2.2 Nationaal Waterplan (2009)

Het Nationaal Waterplan is het rijksplan voor het waterbeleid. Het Nationaal Waterplan is in december 2009 vastgesteld en volgt de vierde Nota Waterhuishouding op. Het plan geeft op hoofdlijnen aan welk beleid het Rijk in de periode 2009-2015 voert om te komen tot een duurzaam waterbeheer. Het Nationaal Waterplan richt zich op bescherming tegen overstromingen, beschikbaarheid van voldoende en schoon water, en diverse vormen van gebruik van water. Ook worden de maatregelen genoemd die hiertoe worden genomen. Zo wordt ondermeer aangekondigd dat gekeken wordt naar de mogelijkheden om het rendement van rioolzuiveringsinstallaties te verbeteren in het geval dat dit significant bijdraagt aan de verbetering van de oppervaktewaterkwaliteit. Het nationale beleid is doorvertaald in het provinciale beleid. Hier wordt in paragraaf 3.3. verder op ingegaan.

3.2.3 Wet op de Archeologische Monumentenzorg

In 1992 is het Europees Verdrag inzake de bescherming van het archeologisch erfgoed, kortweg 'het verdrag van Malta', te Valletta tot stand gekomen. Uitgangspunt van het verdrag is het archeologische erfgoed waar mogelijk te behouden: bij het ontwikkelen van ruimtelijk beleid moet het cultuurhistorische belang vanaf het begin meewegen in de besluitvorming. Het verdrag is in 1998 door het Nederlandse parlement goedgekeurd en heeft uiteindelijk geleid tot de Wet op de archeologische monumentenzorg (WAMZ). Hiermee zijn de uitgangspunten van het Verdrag van Valletta binnen de Nederlandse wetgeving bevestigd. In het plangebied komen delen voor waar een hoge archeologische verwachtingswaarde voor geldt. De archeologische- en historische waarden in het studiegebied worden in paragraaf 5.4 verder beschreven.

3.2.4 Vogel- en habitatrichtlijn

De Vogelrichtlijn (1979) heeft betrekking op de instandhouding en de regulering van alle natuurlijk in het wild levende volgelsoorten in Europa. Biotopen en leefgebieden van vogels moeten beschermd, hersteld, dan wel in stand gehouden worden. De Vogelrichtlijn wijst bepaalde beschermingszones aan. In deze leefgebieden moeten speciale beschermingsmaatregelen worden getroffen.

De habitatrichtlijn (1992) heeft tot doel bij te dragen aan het waarborgen van de biologische diversiteit door in standhouden van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna in Europa. In Habitatrichtlijngebieden bestaat de verplichting om maatregelen te treffen om de te beschermen habitats en/of soorten in stand te houden en de verplichting maatregelen te treffen om kwaliteitsverlies en verstoring te voorkomen.

De beschermde gebieden op grond van de Vogel- en habitatrichtlijn zijn ook aangegeven als Natura 2000-gebied (zie paragraaf 3.2.5).

3.2.5 Natura 2000

De Europese Unie heeft het initiatief genomen voor 'Natura 2000', een samenhangend netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de EU. Dit netwerk vormt de hoeksteen van het EU-beleid voor behoud en herstel van biodiversiteit. Alle gebieden die zijn beschermd op grond van de Vogel- en/of Habitatrichtlijn zijn ook aangegeven als Natura 2000-gebied. Het is niet toegestaan om zonder vooraf toegekende vergunning nieuwe activiteiten in deze gebieden uit te voeren. Nederland heeft onlangs haar Natura 2000-gebieden officieel aangemeld. Het plangebied valt niet onder één van de gebieden die hieronder is beschermd.

3.2.6 Flora- en faunawet

De Flora- en Faunawet bundelt de bepalingen over soortenbescherming die voorheen in verschillende wetten waren opgenomen. In deze wet is vastgesteld welke planten- en diersoorten in Nederland beschermd zijn. Belangrijkste consequentie van deze wet is dat ontheffing moet worden aangevraagd voor uitvoeringswerkzaamheden in de meest brede zin van het woord, als een soort of leefgebied van een beschermde soort door deze werkzaamheden kan worden aangetast. Dat geldt voor alle beschermde soorten, waaronder een groot aantal vrij algemeen voorkomende soorten. In paragraaf 5.5 wordt nader ingegaan op in het plangebied aanwezige soorten.