direct naar inhoud van Besluit
Plan: Harderwijkerweg 27 te Laag-Soeren
Plannummer: PBLS2
Status: ontwerp
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.0275.PBLS2-0001

Besluit

Schreuderhuizen Zorgverlening


T.a.v. de heer A. Hofman



Kemperbergerweg 1


6816 RL Arnhem


Reguliere bouwvergunning met projectbesluit

Besluit van burgemeester en wethouders van Rheden ingevolge Algemene wet bestuursrecht.

1 AANVRAAG

Op 13 juli 2009 hebben wij van u een aanvraag om reguliere bouwvergunning ontvangen voor

het oprichten van 2 bijzondere woongebouwen

op het perceel plaatselijk bekend Harderwijkerweg 27 te Laag Soeren, kadastraal bekend gemeente Dieren, sectie P, nr. 2972 en nr. 2672

2 OVERWEGINGEN

2.1 Planologisch

Het bouwplan is niet in overeenstemming met het ter plaatse geldende bestemmingsplan “Laag-Soeren”. Het bouwplan is geprojecteerd op grond met de bestemming “voorzieningen”. Volgens artikel 2.4, lid A zijn binnen de voor “voorzieningen” bestemde gronden winkels, maatschappelijke instellingen, met op de verdiepingen maatschappelijke instellingen, opslag ten behoeve van de voorzieningen en woonruimte toegestaan. Het beoogd gebruik ten behoeve van 24-uurs voorziening met woon- en zorgactiviteiten voor mensen met een verstandelijke beperking is hiermee in strijd.

Volgens artikel 2.4, lid C en de bij het bestemmingsplan behorende plankaart zijn binnen het bouwvlak gebouwen toegestaan met een hoogte van maximaal 7 meter.

De woongebouwen hebben een hoogte van 7,65 meter, waardoor zij hoger zijn dan de toegestane 7 meter en hiermee in strijd zijn met de bestemmingsplanvoorschriften.

In verband hiermee zou de bouwaanvraag op grond van het bepaalde in artikel 44, eerste lid, onderdeel c van de Woningwet geweigerd moeten worden.

Ingevolge het bepaalde in artikel 46, lid 3 van de Woningwet moet in een dergelijk geval de bouwaanvraag tevens worden aangemerkt als een verzoek om ontheffing dan wel een projectbesluit ex artikel 3.10 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro).

Het bestemmingsplan kent geen binnenplanse ontheffing zoals bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder c van de Wro die het aangevraagde bouwwerk mogelijk maakt.

Aan het bouwplan kan ook geen medewerking worden verleend met toepassing van artikel 3.23 Wro juncto artikel 4.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro).

Aan het bouwplan kan wel medewerking worden verleend met toepassing van een projectbesluit ex artikel 3.10 Wro. De gemeenteraad heeft haar bevoegdheid om op het verzoek tot het nemen van een projectbesluit ex artikel 3.10 Wro te beslissen, op 3 maart 2009 gedelegeerd aan ons college.

Op grond van artikel 3.10 lid 2 dient het projectbesluit te worden voorzien van een goede ruimtelijke onderbouwing. De aanvrager heeft een goede ruimtelijke onderbouwing ingediend, welke uit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar wordt geacht. Het bouwplan is tevens in overeenstemming met de beschrijving-in-hoofdlijnen van het bestemmingsplan “Laag-Soeren”. De ruimtelijke onderbouwing is bij dit besluit gevoegd.

Schreuderhuizen zorgverlening is al decennia lang gevestigd aan de Harderwijkerweg 27 te Laag-Soeren. Deze zorginstelling biedt hier 24-uurs woon- en zorgactiviteiten aan voor mensen met een verstandelijke beperking.  In het bestemmingsplan “Laag-Soeren” is het bestaande gebruik ten aanzien van de woonactiviteiten niet correct opgenomen. Er is geen aanleiding om de huidige woon- en zorgactiviteiten niet toe te staan.

De stedebouwkundige beoordeling gaat enkel in op de bouwhoogte. Met het vaststellen van het bestemmingsplan “Laag-Soeren” heeft namelijk al een stedebouwkundige afweging plaatsgevonden met betrekking tot het bouwvlak en de maximaal toegestane oppervlakte aan bebouwing.

In de directe omgeving van Schreuderhuizen is de maximaal toegestane bouwhoogte overwegend 9 meter. De nieuwbouw van Schreuderhuizen, dat geprojecteerd is aan de Harderwijkerweg zal onderdeel uit gaan maken van dit bebouwingslint langs de Harderwijkerweg. In dat opzicht is het juist wenselijk om de hoogte aan te laten sluiten bij de overige bebouwing in het lint, d.w.z. 9 meter. De geplande nieuwbouw blijft daar met een hoogte van 7,65 meter nog onder.

Gezien de grootte van het bouwvlak in het bestemmingsplan zijn de beschrijving-in-hoofdlijnen in het bestemmingsplan en de Welstandsnota de kaders om de aansluiting bij het karakter van de Harderwijkerweg te kunnen waarborgen.

De beschrijving-in-hoofdlijnen in het bestemmingsplan geeft ten aanzien van de Harderwijkerweg aan dat het van belang is de groenstructuur in de vorm van privé-groen en plantsoenen te behouden en dat het van belang is de openheid tussen de bebouwing ten behoeve van de aansluiting op het karakter van het omliggende (landelijk) gebied te behouden. Het bouwplan is hiermee in overeenstemming. Daarnaast is het bouwplan op 08-10-2009 aan de Welstandscommissie voorgelegd, welke commissie positief op het plan heeft gereageerd.

Ook uit het oogpunt van verkeer, natuurwaarden, milieu en archeologie bestaan er geen beletselen tegen dit bouwplan.

Ten behoeve van het projectbesluit is een hogere grenswaarden procedure in het kader van de Wet Geluidhinder gevoerd.

2.2 Bouwbesluit

Op basis van de overgelegde gegevens is het aannemelijk dat het plan voldoet aan de voorschriften van het Bouwbesluit 2003.

2.3 Bouwverordening

Het bouwplan is niet in strijd met de Bouwverordening 2006 van de gemeente Rheden. Op grond van artikel 2.4.1 van de Bouwverordening mag niet worden gebouwd op zodanig verontreinigde bodem, dat schade of gevaar is te verwachten voor de gezondheid van de gebruikers. Er is een onderzoeksrapport naar bodemverontreiniging ingediend, waarin de bodemkwaliteit geschikt is bevonden voor beoogd gebruik.

2.4 Welstand

Op 8 oktober 2009 is door de welstandscommissie “het Gelders Genootschap” een positief advies over het bouwplan uitgebracht. Wij zijn van mening dat dit advies niet op onjuiste gronden of onzorgvuldig tot stand is gekomen en derhalve wordt dit advies door ons overgenomen.

2.5 Monumentenwet/verordening

Voor het bouwplan is geen vergunning ingevolge de Monumentenwet 1988 of de gemeentelijke monumentenverordening vereist.

2.6 Aanwijzing Rijk of provincie

Het bouwplan is niet in strijd met een aanwijzing van het Rijk of de Provincie Gelderland.

2.7 Exploitatieplan

Het bouwplan is niet in strijd met een exploitatieplan.

Gelet op het bepaalde in afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht hebben het ontwerp van de bouwvergunning alsmede het ontwerp projectbesluit van XXX tot en met XXX 2010 voor een ieder ter inzage gelegen en waarvan bekendmaking is gedaan in de Rhedenaar en de Staatscourant.

Tijdens deze periode zijn <wel/geen> zienswijzen ingediend.

Ons college is in de bij dit besluit behorende bijlage I gemotiveerd ingegaan op de ingebrachte zienswijzen. De zienswijzen hebben in afweging van belangen geleid tot <aanvullen>.

3 BESLUIT

Gelet op het vorenstaande en het bepaalde in de artikelen 12, 40, 44 en 46 van de Woningwet, artikel 3.10 van de Wet ruimtelijke ordening, het Bouwbesluit en de gemeentelijke Bouwverordening hebben wij besloten:

a. projectbesluit te verlenen van het bestemmingsplan “Laag-Soeren” ten behoeve van een bouwhoogte van 7,65 meter en het gebruik van de gebouwen conform het in het bestemmingsplan bepaalde voor de bestemming Wonen, en met gebruikmaking daarvan

b. bouwvergunning te verlenen voor het het oprichten van 2 bijzondere woongebouwen op het perceel plaatselijk bekend Harderwijkerweg 27 te Laag-Soeren

overeenkomstig het in de aanvraag bedoelde en bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte bouwplan.

4 RECHTSMIDDELEN

Indien u het met dit besluit niet eens bent, kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de datum van verzending van dit besluit in beroep gaan bij de rechtbank Arnhem, sector Bestuursrecht, Postbus 9030, 6800 EM Arnhem.

Het beroepschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:

a de naam en het adres van de indiener;

b de dagtekening;

c een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht;

d de gronden van het beroep.

Voorlopige voorziening

Door het indienen van een beroepschrift wordt de uitvoering van het besluit niet uitgesteld. U kunt hiervoor een voorlopige voorziening aanvragen bij de Voorzieningenrechter van de rechtbank Arnhem, sector Bestuursrecht, Postbus 9030, 6800 EM Arnhem.

Bij het verzoek dient een afschrift van het beroepschrift te worden overgelegd. Voor het behandelen van een beroepschrift en/of een verzoek om voorlopige voorziening wordt griffierecht geheven. Het griffierecht bedraagt € 41,00 voor minder draagkrachtige natuurlijke personen in huursubsidie- en sociale zekerheidszaken, € 150,00 voor overige natuurlijke personen en € 298,00 voor rechtspersonen (zie artikel 8:41 Algemene wet bestuursrecht).

Vastgestelde bouwkosten € <invullen>

Hoogachtend,

Burgemeester en wethouders voornoemd,

burgemeester.

secretaris.

Datum van verzending.

Nadere voorwaarden

Drie weken voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, moeten aan ons College tekeningen en berekeningen worden overlegd van de gewapend beton-, staal- en houtconstructies, systeemvloeren, dakplaten e.d.

Het bouwplan moet voldoen aan de eisen van de Brandweer, zie advies d.d. 13 november 2009 (Brief met kenmerk BRPREV090759)

Bij de uitvoering van het bouwplan moet worden gehandeld volgens de conclusies en aanbevelingen van het rapport B.2010.0070.00.R001, geluiswering gevel en akoestiek.

Binnen 3 maanden na het gereedkomen van woning type 2 dient de helft van de bestaande woning (Beuk) gesloopt te worden en binnen 3 maandan na het gereedkomen van woning type 1 dient het restant van de bestaande woning (Beuk) gesloopt te worden.

Nadere voorschriften

  • 1. De houder(ster) van de bouwvergunning geeft aan een medewerker Bouwen en Milieu (De heer G. Peters, tel. 026 49 76 245) kennis van:
    • a. het begin van de werkzaamheden, ontgravingswerkzaamheden daaronder begrepen, ten minste twee dagen tevoren;
    • b. het begin van het heiwerk, het slaan van proefpalen daaronder begrepen, ten minste twee dagen tevoren;
    • c. het begin van grondverbeteringswerkzaamheden ten minste twee dagen van tevoren;
    • d. het begin van het storten van beton ten minste een dag tevoren;
    • e. de voltooiing van de grondleidingen en afvoerputten onmiddellijk na voltooiing;
    • f. de voltooiing van de onderdelen van het bouwwerk.

  • 2. De houder van de bouwvergunning moet ervoor zorgen dat de bouwvergunning te allen tijde op het werk aanwezig is en op eerste aanvrage aan een medewerker Bouwen en Milieu ter inzage wordt gegeven.

  • 3. Met het bouwen mag niet worden begonnen voordat vanwege Burgemeester en Wethouders voor zover nodig:
    • a. de hoogte van de weg ter plaatse is aangegeven;
    • b. de rooilijnen op het bouwterrein zijn uitgezet.

  • 4. Op grond van artikel 4.11 van de Bouwverodening moet het bouwafval (en sloopafval) op de bouwplaats ten minste worden gescheiden in de volgende fracties (voor zover aanwezig) :
    • a. gevaarlijk afval, als bedoeld in de Regeling Europese afvalstoffenlijst (Eural; Stcr. 17 augustus 2001; nr. 159, blz 9);
    • b. metalen;
    • c. steenachtig afval;
    • d. massief hout zonder verduurzamingsmiddelen;
    • e. vlak glas (panelenglas);
    • f. papier en karton (emballage);
    • g. PVC- en PE-leidingen;
    • h. kunstof gevelelementen;
    • i. glaswol;
    • j. steenwol;
    • k. overig afval.

Voornoemde fracties alsmede de eventuele andere fracties die op de bouwplaats worden gescheiden uit het bouwafval moeten worden afgevoerd naar een bewerkingsinrichting die bevoegd is deze afvalstoffen te ontvangen, met dien verstande dat de fracties overig afval moeten worden afgevoerd naar een sorteerinrichting die bevoegd is deze afvalstoffen ongesorteerd te ontvangen.

Voornoemde verplichtingen om af te voeren naar een bewerkingsinrichting respectievelijk een sorteerinrichting gelden niet indien en voor zover het bouwafval wordt ingezameld door of namens fabrikant of leverancier.

Burgemeester en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het scheiden van de fracties b tot en met j indien de logistieke situatie daartoe aanleiding geeft of indien naar verwachting de hoeveelheden per fractie dermate gering is dat het niet redelijk is het scheiden in afzonderlijke fracties te eisen.

  • 5. Het bouwen moet geschieden overeenkomstig het Bouwbesluit 2003.

Mededelingen

  • 6. Indien aanvrager(ster) het niet eens is met deze bouwvergunning en/of de daaraan verbonden voorwaarden kan hij/zij daartegen op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht, binnen 6 weken na de datum van verzending van dit besluit, een gemotiveerd bezwaarschrift bij burgemeester en wethouders indienen.
  • 7. Op grond van artikel 59 van de Woningwet kunnen burgemeester en wethouders deze vergunning bij een met redenen omkleed besluit in bepaalde gevallen intrekken.
  • 8. Voor het verkrijgen van een aansluiting op de gemeentelijke riolering moet een afzonderlijke aanvraag bij ons college worden ingediend.
  • 9. Voor het verkrijgen van een inrit (ontheffing art.2.1.5.3 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Rheden) moet een afzonderlijke aanvraag bij ons college worden ingediend.
  • 10. Voor het gebruik van de openbare weg of andere gemeentegrond, ten behoeve van het opslaan van bouwmaterialen en dergelijke is een ontheffing van art. 2.1.5.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Rheden vereist. Deze ontheffing kan schriftelijk aangevraagd worden bij ons college.

Bouwmaterialen en dergelijke die zonder toestemming op de openbare weg of andere gemeentegrond zijn geplaatst, kunnen door de gemeente verwijderd worden.

  • 11. Bij het verlenen van de bouwvergunning heeft de gemeente niet nagegaan of de bouw voldoet aan de voorschriften van het Burgerlijk Wetboek, in het bijzonder betreffende het burenrecht en andere uit het eigendomsrecht van derden voortvloeiende rechten.
  • 12. Door het verlenen van de bouwvergunning kunnen andere bouwmogelijkheden op uw perceel beperkt worden.
  • 13. Wanneer sloopafval in de vorm van historisch waardevol materiaal vrijkomt, kunt u dat -in verband met behoud en hergebruik- afvoeren naar het Gelders Historisch Bouwfragmentendepot, Mellardsestraat 4 te Valburg. Dit depot wordt bestuurd door het Gelders Oudheidkundig Contact (Postbus 4040, 7200 BA Zutphen, telefoon-nummer 0575-511826). Voor het afvoeren van het materiaal kunt u met de heer A.W.W. Daniels een telefonische afspraak maken (telefoonnummer 0317-412409). Wanneer u overleg wenst of al dan niet sprake is van historisch waardevol materiaal, kunt u onze medewerker de heer D. Boomsma, telefoonnummer 026-4976437, hierover raadplegen.