Plan: | Buitengebied |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1685.bpbgb2009-OW01 |
De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 13.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 13.1.1:
Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de functies genoemd in de navolgende Staat van maatschappelijke functies:
Afkorting | Aanduiding | Functie | Adres | Huisnummer | Bebouwde oppervlakte (m2) | Afwijkende goothoogte (m) | Afwijkende bouwhoogte (m) | |
(sm-1) | specifieke vorm van maatschappelijk - 1 | penitentiaire inrichting | Brand | 75 | 10500 | |||
(sm-2) | specifieke vorm van maatschappelijk - 2 | schutterij | Brand | 90 | ||||
(sm-3) | specifieke vorm van maatschappelijk - 3 | heemkundegebouw | Kleine Graspeel | 38 | 350 | |||
(sm-5) | specifieke vorm van maatschappelijk - 5 | psychogeriatrisch verpleeghuis | Udensedreef | 5 | 12300 | 10,5 | 10,5 |
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Uitsluitend mogen worden opgericht gebouwen en bouwwerk geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming.
Indien binnen een bestemmingsvlak een aanduiding 'bouwvlak' is opgenomen, dan zijn binnen dat bestemmingsvlak gebouwen uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'.
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de oppervlakte als opgenomen in de tabel in 13.1.2 onder a; deze bebouwde oppervlakte is exclusief de bebouwde oppervlakte ten behoeve van een bedrijfswoning en de daarbij behorende bijgebouwen.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen algemeen | Min. | |
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - stroomweg' aangeduide weg | 100 m | |
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - gebiedsontsluitingsweg' aangeduide weg | 20 m | |
afstand tot de as van de als 'erftoegangsweg' aangeduide weg | 15 m | |
afstand tot de as van de als 'specifieke vorm van verkeer - onverharde weg' aangeduide weg | 10 m | |
gebouwen mogen uitsluitend in of minimaal 1 m uit de bouwperceelgrens worden gesitueerd | 0 of 1 m |
Bedrijfsgebouwen | |
goothoogte | max 4,5 m |
bouwhoogte | max 9 m |
Bedrijfswoning | Min. | Max. |
goothoogte, de maximale goothoogte geldt voor minimaal 60% van de lengte van de goot | n.v.t. | 6 m, tenzij de bestaande goothoogte meer bedraagt, dan geldt de bestaande goothoogte als maximum |
bouwhoogte | n.v.t. | 9 m, tenzij de bestaande bouwhoogte meer bedraagt, dan geldt de bestaande bouwhoogte als maximum |
inhoud | maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande woning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
|
dakhelling | 12° | 60° |
Bijgebouwen | Min. | Max. |
gezamenlijke oppervlakte | 80 m2 | |
goothoogte | 3 m | |
bouwhoogte | 6 m | |
dakhelling | 12° | 60° |
afstand weg | zie bij hoofdgebouwen | |
afstand bijgebouwen tot bedrijfswoning | 20 m, tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. |
bouwhoogte erfafscheidingen, met dien verstande dat dit maximum niet geldt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - 1' | 1 m voor voorgevel; elders 2 m |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 5,5 m |
bouwhoogte overkappingen | 3 m |
oppervlakte overkappingen | 20 m2 |
Voorzover in de tabel in 13.1.2 onder a maatvoeringseisen zijn opgenomen, gelden deze eisen in afwijking van bovenstaande tabel.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 13.2.5 teneinde de toegestane bebouwde oppervlakte aan bijgebouwen te vergroten ten behoeve van een buitengebied gerelateerd bijgebouw. Hierbij geldt het volgende:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen gebruik en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 13.4.1 onder a en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 13.6.4. opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 13.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 13.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 13.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 13.6.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden |
Aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding':
- 'wro-zone - aanlegvergunning natuur'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - aanlegvergunning natuur' mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 13.1 omschreven waarden; |
Afgraven, vergraven, ophogen en egaliseren van de bodem, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding':
- 'wro-zone - aanlegvergunning natuur'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - aanlegvergunning natuur' mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 13.1 omschreven waarden; |
Dempen van poelen, sloten en greppels, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding: - 'wro-zone - aanlegvergunning natuur'; |
- ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - aanlegvergunning natuur' mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 13.1 omschreven waarden; |
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen teneinde een grotere bebouwde oppervlakte toe te staan dan de in 13.2.4 juncto 13.1.2 onder a gestelde maximale oppervlakte bebouwing, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van de gronden wijzigen in de bestemming Artikel 10 Bos en/of Artikel 15 Natuur, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: