direct naar inhoud van 3.1 Bodem
Plan: Willevenstraat
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1685.bpschwilleven2012-ON01

3.1 Bodem

Door Grontmij Nederland B.V. is gefaseerd een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd, dat binnenkort ter beoordeling aan het bevoegd gezag, de gemeente Landerd, wordt voorgelegd. Onderstaand is de conclusie van het conceptonderzoek opgenomen. Voor het gehele onderzoek wordt verwezen naar de rapportage “Verkennend bodemonderzoek, Willevenstraat te Schaijk” d.d. 30 september 2009 met kenmerk 254564.ehv.220.R001.

Bodemopbouw

In het plangebied bevinden zich volgens de Bodemkaart hoge zwarte enkeerdgronden ontwikkeld in leemarm tot zwak lemig fijn zand (zEZ21). Uit inmeting blijkt de maaiveldhoogte van de locatie op hoofdlijnen af te lopen van circa NAP +13,4 m in het zuiden naar circa NAP +13,0 m in het noorden. Uit het verkennend bodemonderzoek blijkt dat de bodemopbouw vanaf maaiveld tot een gemiddelde diepte van 0,7 m –mv (met uitschieters tot 1,4 m –mv) uit een teelaardelaag bestaat, bestaande uit matig fijn, matig siltig, zwak tot sterk humeus zand. Onder deze laag is tot de verkende diepte matig fijn, zwak tot matig siltig zand aangetroffen.

Historisch bodemonderzoek

Op de onderzoekslocatie zijn bij de gemeente geen bodembedreigende activiteiten bekend. Tijdens de terreininspectie op 25 maart 2009 zijn door Grontmij geen waarnemingen gedaan die wijzen op mogelijke bodemverontreinigingen.

Milieuhygiënische bodemkwaliteit

In de grond zijn geen verhoogde gehalten ten opzichte van de achtergrondwaarde aangetroffen. In het grondwater zijn licht tot sterk verhoogde gehaltes aan zware metalen gemeten. In de regio komt vaker een verhoogd nikkel gehalte voor. Het betreft hier zeer waarschijnlijk een verhoogde achtergrond concentratie, waardoor het uitvoeren van een nader grondwateronderzoek niet zinvol wordt geacht.

Conclusie

Vanuit het aspect bodem bestaan er geen beperkingen voor het toekomstig gebruik van het plangebied als wonen met tuin. Wel dient een beperking te worden gesteld voor het gebruik van grondwater op de locatie in verband met de verhoogde gehalte aan zware metalen. Het grondwater is niet geschikt als drinkvoorziening voor dieren en kan niet worden gebruikt voor de beregening van voedingsgewassen.