Plan: | Graspeel 49, Zeeland |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1991.BPGraspeel49-VA01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Graspeel 49, Zeeland met identificatienummer NL.IMRO.1991.BPGraspeel49-VA01 van de gemeente Maashorst
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
een bijgebouw bij een woning, dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met die woning en waar een gedeelte van de huishouding, zoals gehuisvest in die woning, uit een oogpunt van mantelzorg is ondergebracht;
bedrijf dat gericht is op het voortbrengen van producten door middel van telen van gewassen of het houden van dieren;
een aanduiding 'bouwvlak' binnen de bestemming Agrarisch - 1;
cultuurhistorische waarden die bestaan uit de aanwezigheid van een bodemarchief met sporen van vroegere menselijke bewoning en/of grondgebruik daarin, en als zodanig het cultuurhistorisch erfgoed vertegenwoordigd;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar gelet op de bedrijfsvoering noodzakelijk moet worden geacht;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning;
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
elk terrein waarop bosbouw wordt uitgeoefend, zijnde het geheel van bedrijfsmatig handelen en activiteiten gericht op de duurzame instandhouding en ontwikkeling van bestaande en nieuwe bossen ten behoeve van (een of meerdere van de functies) natuur, houtproductie, landschap, milieu (waaronder begrepen waterhuishouding) en recreatie;
plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, niet zijnde de ruimte onder de kap;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
een horecabedrijf, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken voor consumptie ter plaatse, met eventueel als nevenactiviteit het verstrekken van kleine etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid, en van verdovende en/of hallucinerende stoffen;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan degene die deze goederen kopen voor eigen gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
bestaand agrarisch bouwvlak met een zodanige ligging dat het zowel vanuit milieuoogpunt (ammoniak, geur, fijnstof en gezondheid voor mensen) als vanuit ruimtelijk oogpunt (in bijzonder wat betreft natuur, landschap en cultuurhistorie) verantwoord is om het ter plaatse uit te breiden.
langgerekt gebied waarbinnen verbindende landschapselementen zijn of worden gerealiseerd;
een weg die in de Nederlandse wegcategorisering wordt aangemerkt als het meest lokale wegtype, waarbij langzaam verkeer en gemotoriseerd verkeer gemengd is, zonder rijrichtingscheiding en meestal zonder gescheiden fietspaden;
die vormen van natuurvriendelijke recreatie welke in hoofdzaak zijn gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals wandelen, fietsen, picknicken, kanoën en natuurgerichte recreatie zoals vogelobservatie;
een weg die in de Nederlandse wegcategorisering wordt aangemerkt als een weg met gelijkvloerse kruisingen welke is bedoeld om landelijk of stedelijk gebied te ontsluiten. De wegvakken hebben hierbij een doorstroomfunctie, terwijl de gelijkvloerse kruispunten uitwisseling van verkeer mogelijk maken met lagere orde wegen;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
Wet van 24 september 1992, houdende vaststelling van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
een agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate niet in gebouwen plaatsvindt;
verplaatsen van een bestaand agrarisch bedrijf van het ene agrarische bouwvlak naar het andere agrarische bouwvlak, waar de agrarische activiteiten zijn gestaakt;
een gebouw dat op een bouwperceel, door zijn constructie, bouwmassa, ruimtelijke uitstraling en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als het belangrijkste bouwwerk is aan te merken;
één, of meerdere personen die gemeenschappelijk samenleven in een onderlinge persoonlijke verbondenheid gericht op een duurzaam samenzijn, waaronder mede wordt begrepen het inwonen door ten hoogste 2 andere personen zonder onderlinge persoonlijke verbondenheid, die gebruik maken van de gemeenschappelijke voorzieningen in de woning.
agrarisch bedrijf met een bedrijfvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt en gericht is op het houden van dieren, zoals rundveemesterij, varkens-, vleeskalver-, pluimvee-, pelsdier-, geiten- of schapenhouderij of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijfsvormen, met uitzondering van grondgebonden melkrundveehouderij;
een civieltechnisch bouwwerk, geen gebouw zijnde, ten behoeve van de infrastructuur van wegen, spoorwegen, waterwegen en leidingen.
een aangeduid ruimtelijk begrensd gedeelte van een reconstructiegebied, met het primaat landbouw. Hervestiging of uitbreiding van intensieve veehouderij is mogelijk mits de ruimtelijke kwaliteit of functies van het gebied zich daar niet tegen verzetten;
het inpassen van een gebouw of een gebruik in het landschap, waarbij afstemming plaatsvindt op de context van het landschap door middel van de architectuur van het gebouw en/of de aanplant van gebiedseigen beplanting;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur;
gebouwd in overeenstemming met de Woningwet en/of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychisch en/of sociaal vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband;
behandeling van dierlijke mest zonder noemenswaardige veranderingen aan het product teweeg te brengen;
de toepassing van basistechnieken of combinaties daarvan met als doel de aard, samenstelling of hoedanigheid van dierlijke mest te wijzigingen;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologisch, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang;
agrarisch bedrijf met een bedrijfsvoering die geheel of in overwegende mate in gebouwen plaatsvindt;
het ontplooien van activiteiten bij een agrarisch bedrijf, die niet rechtstreeks de uitoefening van de agrarische bedrijfsvoering betreffen;
een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de activiteiten niet specifiek publiekgericht zijn, en dat op kleine schaal in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie ter plaatse;
vergunning voor activiteiten als genoemd in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
het geheel, dan wel in overwegende mate overstappen van een van de volgende agrarische bedrijfsvormen in een andere, ook in de opsomming genoemde bedrijfsvorm:
een dakconstructie vrijstaand zonder wanden dan wel aan maximaal drie zijden begrensd door de gevels van belendende gebouwen, die niet wordt aangemerkt als een gebouw;
een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de activiteiten in hoofdzaak publieksgericht zijn en waarvan de omvang en uitstraling zodanig is, dat de activiteit past binnen de desbetreffende woonomgeving en derhalve in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie, kan worden toegestaan;
die vormen van openluchtrecreatie, die plaats hebben in een omgeving met een niet-recreatieve hoofdfunctie, waarbij het medegebruik ondergeschikt is aan de hoofdfunctie en het hoofdgebruik;
strook van de rijbaan van een weg, welke voldoende plaats biedt aan een enkele rij rijdende motorvoertuigen op meer dan drie wielen, of, indien door middel van markering een bredere strook als rijstrook is aangegeven, die strook;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof hij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in elk geval verstaan: seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub en (raam) prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
geheel of gedeeltelijk afbreken;
producten, gemaakt met grondstoffen die als streekeigen worden beschouwd en/of volgens streektraditie geteelde producten, en/of producten die volgens een specifieke bereidingswijze of receptuur van een bepaalde regio wordt geproduceerd;
teeltondersteunende voorziening, bestaande uit een kas, voor een vollegrondstuinbouwbedrijf of boomteeltbedrijf. Hieronder worden ook schuurkassen, permanente tunnel- of boogkassen begrepen;
voorzieningen in, op of boven de grond, die door agrarische bedrijven met plantaardige teelten worden gebruikt om de productie onder meer gecontroleerde omstandigheden te laten plaatsvinden; te onderscheiden zijn de volgende categorieën:
het huisvesten van werknemers, die in een periode van grote arbeidsbehoefte gedurende enkele maanden op een agrarisch bedrijf werkzaam zijn om naar de aard kortdurend werk te verrichten, voor zover noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering;
een werk of bouwwerk voorzien van een bedekking van lichtdoorlatend materiaal en dienend tot het kweken, trekken, vermeerderen, opkweken of verzorgen van vruchten, bloemen, groenten, planten of bomen, alsmede in voorkomende gevallen tot bescherming van de omgeving tegen milieubelastende stoffen;
de denkbeeldige lijn, evenwijdig aan de as van de weg waaraan gebouwd wordt, op een afstand van de weg die:
een van het hoofdgebouw losstaand bijgebouw, waarbij een bijgebouw dat door middel van een tussenlid met een lengte en breedte van maximaal 3 m en een bouwhoogte van maximaal 2,75 m is gekoppeld aan het hoofdgebouw, als vrijstaand bijgebouw geldt;
alle water dat zichtbaar (oppervlaktewater) aanwezig is in bijvoorbeeld waterlopen, poelen, vijvers, meren en zeeën, of onzichtbaar (grondwater) aanwezig is zoals freatisch grondwater direct beneden het maaiveld;
doeleinden die het waterhuishoudingsbelang dienen, zoals watergangen, waterstaatkundige kunstwerken, onderhoudsstroken ten behoeve van het beheer en onderhoud van een watergang e.d. en waterhuishoudkundige voorzieningen;
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede waterkering, wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, waterinfiltratie en waterkwaliteit, zoals infiltratiekratten, wadi's, infiltratiegreppels, doorlatende bestrating en infiltratie- en transportriolen, dijken, dammen, grondwallen, duikers, stuwen, gemalen en inlaten;
een voor de oppervlaktewaterkwantiteit van overwegend belang zijnde waterloop;
Wet van 6 november 2008 (Stb. 496), houdende regels inzake een vergunningstelsel met betrekking tot activiteiten die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving en inzake handhaving van regelingen op het gebied van de fysieke leefomgeving (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht), zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
Wet van 16 februari 1979 (Stb. 99) houdende regels inzake het voorkomen of beperken van geluidhinder, zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
Wet van 5 oktober 2006, houdende regels inzake geurhinder vanwege tot veehouderijen behorende dierenverblijven (Wet geurhinder en veehouderij), zoals deze luidde op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan;
een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de kortste afstand van het verticale vlak in de zijdelingse bouwperceelgrens tot enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk;
de oppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige bouwwerken tezamen;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
voor bouwwerken, waarvan de hoofdtoegang van het perceel onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van die weg ter plaatse van de hoofdtoegang van het perceel;
in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m bedraagt.
Berekeningsaantal
Bij het voldoen aan de parkeernorm dient bij de navolgende parkeervoorzieningen uitgegaan te worden van het berekende aantal parkeerplaatsen conform onderstaande tabel:
Parkeervoorziening | Theoretisch aantal | Berekeningsaantal | Opmerking |
Enkele oprit zonder garage | 1 | 0,8 | Oprit min. 5,0 meter diep |
Lange oprit zonder garage of carport | 2 | 1 | Oprit min. 10,0 meter diep |
Garage zonder oprit (bij woning) | 1 | 0,4 | |
Garagebox (niet bij woning) | 1 | 0,5 | |
Garage met enkele oprit | 2 | 1 | Oprit min. 5,0 meter diep |
Garage met lange oprit | 3 | 1,3 | Oprit min. 10,0 meter diep |
Afronden
Bij het bepalen van de parkeernorm wordt op één decimaal nauwkeurig gerekend waarna de uitkomst wordt afgerond op hele getallen en waarbij vanaf 0,5 en hoger naar boven wordt afgerond.
Woningtype
Bij het bepalen van woningentype gelden de volgende oppervlaktematen voor het gebruiksvloeroppervlak (NEN2580):
Grondgebonden | Appartement | |
Goedkoop | < 110 m² | < 100 m² |
Midden | 110 m² - 155 m² | 100 m² - 125 m² |
Duur | > 155 m² | > 125 m² |
Maatvoering
De ruimte voor het parkeren van auto's is afgestemd op gangbare personenauto's waaraan wordt voldaan indien de afmetingen van:
De voor Agrarisch - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen, waaronder perceelsontsluitingen en sloten, en overeenkomstig de in 3.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 3.1.1:
Binnen de bestemming 'Agrarisch - 1' mogen uitsluitend grondgebonden agrarische bedrijven, niet zijnde een veehouderij worden uitgeoefend. Voorts zijn, al dan niet in combinatie hiermee, de volgende type agrarische bedrijven toegestaan overeenkomstig de onderstaande aanduidingen:
Voor ondergeschikte detailhandel gelden de volgende bepalingen:
Voor evenementen gelden de volgende bepalingen:
Voor teeltondersteunende voorzieningen gelden de volgende bepalingen:
Voor voorzieningen ten behoeve van de agrarische bedrijven, zoals mestsilo's, sleufsilo's, paardenbakken, waterbassins, parkeerplaatsen, opslag ten behoeve van het agrarisch bedrijf e.d. gelden de volgende bepalingen:
De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als 'Water' bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.
Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.
Op de gronden ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van agrarisch - paardenfok- en opfokbedrijf' dient in geval van het bouwen van gebouwen sprake te zijn van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering.
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mogen uitsluitend worden opgericht:
De maatvoering van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' is als volgt:
a. Gebouwen algemeen |
er mag niet vóór de voorgevel van de bedrijfswoning worden gebouwd |
bestaande afwijkende situaties zijn toegestaan |
b. Bedrijfsgebouwen per bouwvlak | Min. | Max. |
goothoogte | n.v.t. | 6 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 10 m |
dakhelling, met dien verstande dat de minimale dakhelling niet geldt voor ondergeschikte platte tussenleden en andere gebouwen van ondergeschikte aard | 12° | 60° |
c. Teeltondersteunende voorzieningen | Min. | Max. |
bouwhoogte | n.v.t. | 4,5 m |
oppervlakte teeltondersteunende kassen | n.v.t. | 5.000 m² |
afstand kassen tot woningen (anders dan eigen bedrijfswoning) | 25 m | n.v.t. |
d. Bedrijfswoning | Min. | Max. |
goothoogte, de maximale goothoogte geldt voor minimaal 60% van de lengte van de goot | n.v.t. | 6 m, tenzij de bestaande goothoogte meer bedraagt, dan geldt de bestaande goothoogte als maximum |
bouwhoogte | n.v.t. | 9 m, tenzij de bestaande bouwhoogte meer bedraagt, dan geldt de bestaande bouwhoogte als maximum |
inhoud | n.v.t. | maximaal 750 m³ (incl. aangebouwde bijgebouwen), tenzij: - de bestaande inhoud van de bestaande woning reeds meer bedraagt, welke inhoud dan als maximum geldt; - het een bestaande (woon)boerderij betreft, waarbij de inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum geldt. |
dakhelling | 12° | 60° |
e. Bijgebouwen bij bedrijfswoning | Min. | Max. |
gezamenlijke oppervlakte vrijstaande bijgebouwen per woning. Een vrijstaand bijgebouw mag worden gekoppeld aan de bedrijfswoning door een tussenlid met een lengte en breedte van maximaal 3 m en een bouwhoogte van maximaal 2,75 m. De oppervlakte van dit tussenlid telt hierbij mee bij de oppervlakte van het bijgebouw. |
n.v.t. | 80 m² |
goothoogte | n.v.t. | 3 m |
bouwhoogte | n.v.t. | 6 m |
afstand vrijstaande bijgebouwen tot bedrijfswoning | n.v.t. | 20 m, tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum |
dakhelling | 0° | 60° |
f. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. |
bouwhoogte mestbassins | 8,5 m |
bouwhoogte silo's of waterbassins | 15 m |
bouwhoogte erfafscheidingen | 1 m vóór de voorgevelrooilijn, 2 m achter de voorgevel |
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen | 3 m |
oppervlakte van een carport c.q. overkapping | 20 m² |
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m |
sleufsilo's niet vóór voorgevel van bedrijfswoning situeren | n.v.t. |
Aanvullend gelden voor herbouw van bestaande woningen de volgende voorwaarden:
Voor het oprichten van bouwwerken buiten de aanduiding 'bouwvlak' geldt het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 onder a teneinde buiten de aanduiding 'bouwvlak' bouwwerken in de vorm van lage en hoge tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen (TOV) op te kunnen richten, een en ander mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.4 onder a en b, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.5 onder a teneinde voor erf- en perceelsafscheidingen buiten de aanduiding 'bouwvlak' een grotere bouwhoogte toe te staan tot maximaal 2 m, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in overeenstemming met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en/of opstallen voor:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:
Het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken met de bestemming 'Agrarisch - 1' ten behoeve van het toegestane binnen de bestemmingomschrijving onder 3.1 is slechts toegestaan indien:
Het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve een hondenfokbedrijf binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - hondenfokbedrijf' is slechts toegestaan indien ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - geluidscherm' een geluidscherm met een minimale hoogte van 1,80 meter en een minimaal gewicht van 10 kg/m² wordt gerealiseerd en in stand wordt gehouden;
Voordat op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenfok- en opfokbedrijf' bebouwing ten behoeve van de huisvesting van dieren wordt opgericht, moet aangetoond zijn dat ter plaatse sprake is van een duurzame locatie.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.2 onder h ten behoeve van huisvesting van tijdelijke werknemers op zowel tijdelijke als structurele arbeidsplaatsen, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.2 onder i ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen teneinde toe te staan dat de daarbij behorende 10-6 risicocontour de aanduiding 'bouwvlak' overschrijdt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.2 onder d en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 3.6.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 3.6.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 3.6.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 3.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 3.6.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden |
Aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200 m² | - het aanbrengen van verhardingen dient noodzakelijk te zijn in het kader van de agrarische bedrijfsvoering dan wel het recreatief medegebruik; - de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting van natuur- en landschapswaarden tot gevolg hebben. |
Het aanleggen van nieuwe boom-, fruit- en/of bloembollenteelt zonder kas op een afstand van minder dan 50 m tot bestemmingsvlakken ten behoeve van voor bestrijdingsmiddelen gevoelige functies alsmede tot een minicamping. Voor bestrijdingsmiddelen gevoelige functies zijn alle functies behoudens de agrarische bedrijvigheid. | - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van het woon- en leefklimaat; |
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding en bescherming van oudheidkundig waardevolle elementen en terreinen.
Op de voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden gelden de volgende bouwregels:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen teneinde de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van aanvullend en/of definitief archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die zijn opgericht in overeenstemming met de Woningwet, maar in afwijking van dit bestemmingsplan, zijn toegestaan. Herbouw van deze bestaande gebouwen is niet toegestaan.
Ondergronds bouwen is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - vogelbeperkingsgebied' is een grondgebruik of een bestemming binnen de volgende categorieën niet toegestaan, uitgezonderd de bestaande situatie:
Bij het verbinden van nadere eisen overeenkomstig een in dit plan opgenomen nadere eisenbevoegdheid nemen burgemeester en wethouders de volgende regels in acht:
Het aanleggen en / of instandhouden van voornoemde parkeergelegenheid geldt als een voorwaardelijke verplichting in de zin van de Wet ruimtelijke ordening.
Indien de bestemming van een bouwwerk of een terrein aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen met bijbehorende voorzieningen, moet, bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen en/of een omgevingsvergunning voor een wijziging van het gebruik, zijn verzekerd dat op eigen terrein wordt voorzien in voldoende ruimte voor het laden en lossen met bijbehorende voorzieningen.
Het aanleggen en / of instandhouden van voornoemde ruimte, met bijhorende voorzieningen, geldt als een voorwaardelijke verplichting in de zin van de Wet ruimtelijke ordening.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.1.1 en lid 9.1.2 indien:
Dit besluit moet worden voorzien van een motivering waaruit blijkt dat de ruimtelijke kwaliteit gewaarborgd blijft.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aanvullend aan het bepaalde in lid 9.1.1 en lid 9.1.2 ten behoeve van het verhogen van de parkeernormen en / of het aanleggen van voorzieningen voor het laden en lossen indien dat nodig is gelet op het gebruik en / of het bouwplan waarbij het (functioneren van) de omgeving mede betrokken wordt. Het besluit tot het stellen van de nadere eis moet worden voorzien van een motivering waaruit in ieder blijkt dat de eis noodzakelijk is om de ruimtelijke kwaliteit te borgen.
Een nadere eis kan tevens gesteld worden bij die (bouw)plannen waarvan de functie niet genoemd wordt in de tabel in lid 9.1.5.
De norm voor voorzien in voldoende parkeergelegenheid voor motorvoertuigen op het eigen terrein is voor de volgende functies:
FUNCTIE | Per | Buitengebied |
Wonen | ||
Koop, huis, vrijstaand | woning | 2,4 |
Koop, huis, twee-onder-een-kap | woning | 2,2 |
Koop, huis, tussen/hoek | woning | 2 |
Koop, appartement, duur | woning | 2,1 |
Koop, appartement, midden | woning | 1,9 |
Koop, appartement, goedkoop | woning | 1,6 |
Huur, huis, vrije sector | woning | 2,0 |
Huur, huis, sociale huur | woning | 1,6 |
Huur, appartement, duur | woning | 1,9 |
Huur, appartement, midden/goedkoop (incl. sociale huur) | woning | 1,4 |
Kamerverhuur, zelfstandig (niet-studenten) | kamer | 0,7 |
Kamerverhuur, studenten, niet-zelfstandig | kamer | 0,25 |
Serviceflat | woning | 1,2 |
Kleine eenpersoonswoning (tiny house; meestal grondgebonden) | kamer | 0,7 |
Werken | ||
Kantoor (zonder baliefunctie) | 100 m² bvo | 2,55 |
Commerciële dienstverlening (kantoor met baliefunctie) | 100 m² bvo | 3,55 |
Bedrijf arbeidsintensief/ bezoekersextensief (industrie, laboratorium, werkplaats) | 100 m² bvo | 2,35 |
Bedrijf arbeidsextensief/ bezoekersextensief (loods, opslag, transportbedrijf) | 100 m² bvo | 1,05 |
Bedrijfsverzamelgebouw | 100 m² bvo | 1,95 |
Winkelen en boodschappen | ||
Buurtsupermarkt | 100 m² bvo | 4,1 |
Fullservice supermarkt | 100 m² bvo | 5,9 |
Grote supermarkt (XL) | 100 m² bvo | 8,6 |
Groothandel specialist (bijv. levensmiddelen, kantoorartikelen) | 100 m² bvo | 6,75 |
Groothandel algemeen | 100 m² bvo | 7,1 |
Buurt- en dorpscentrum | 100 m² bvo | 4,0 |
Wijkcentrum (klein) | 100 m² bvo | 4,9 |
Wijkcentrum (gemiddeld) | 100 m² bvo | 5,5 |
Wijkcentrum (groot) | 100 m² bvo | 6,1 |
Stadsdeelcentrum | 100 m² bvo | 6,8 |
Weekmarkt (bij klein wijk-, buurt- en dorpscentrum) | m¹ kraam | 0,225 |
Kringloopwinkel | 100 m² bvo | 2,25 |
Bruin- en witgoedzaken | 100 m² bvo | 9,25 |
Woonwarenhuis/ woonwinkel | 100 m² bvo | 1,95 |
Woonwarenhuis (zeer groot) | 100 m² bvo | 5,15 |
Meubelboulevard/Woonboulevard | 100 m² bvo | 2,55 |
Winkelboulevard | 100 m² bvo | 4,45 |
Outletcentrum | 100 m² bvo | 10,4 |
Bouwmarkt | 100 m² bvo | 2,45 |
Tuincentrum | 100 m² bvo | 2,85 |
Groencentrum | 100 m² bvo | 2,85 |
Sport, cultuur en ontspanning | ||
Bibliotheek | 100 m² bvo | 1,35 |
Museum | 100 m² bvo | 1,1 |
Bioscoop | 100 m² bvo | 13,7 |
Filmtheater/filmhuis | 100 m² bvo | 9,9 |
Theater/schouwburg | 100 m² bvo | 12,0 |
Musicaltheater | 100 m² bvo | 5,1 |
Casino | 100 m² bvo | 8,0 |
Bowlingcentrum | Bowlingbaan | 2,8 |
Biljart/snookercentrum | Tafel | 1,75 |
Dansstudio | 100 m² bvo | 7,4 |
Fitnessstudio/Sportschool | 100 m² bvo | 6,5 |
Fitnesscentrum | 100 m² bvo | 7,4 |
Welnesscentrum (thermen, kuurcentrum, beautycentrum) | 100 m² bvo | 10,3 |
Sauna, hammam | 100 m² bvo | 7,3 |
Sporthal | 100 m² bvo | 3,45 |
Sportzaal | 100 m² bvo | 3,55 |
Tennishal | 100 m² bvo | 0,5 |
Squashhal | 100 m² bvo | 3,2 |
Zwembad overdekt | 100 m² bassin | 13,3 |
Zwembad openlucht | 100 m² bassin | 15,8 |
Zwemparadijs | 100 m² bvo | 4,0 |
Sportveld | Hectare netto terrein | 20,0 |
Stadion | Zitplaats | 0,12 |
Kunstijsbaan (kleiner dan 400 meter) | 100 m² bvo | 2,05 |
Kunstijsbaan (400 meter) | 100 m² bvo | 2,75 |
Ski- en snowboardhal | 100 m² bvo | 2,55 |
Jachthaven | Ligplaats | 0,6 |
Golfoefencentrum | Centrum | 56,2 |
Golfbaan (18 holes) | 18 holes, 60 ha | 118,3 |
Indoorspeeltuin (kinderspeelhal), gemiddeld en kleiner | 100 m² bvo | 5,1 |
Indoorspeeltuin (kinderspeelhal), groot | 100 m² bvo | 6,1 |
Indoorspeeltuin (kinderspeelhal), zeer groot | 100 m² bvo | 6,4 |
Kinderboerderij (stadsboerderij) | Gemiddelde boerderij | 5,1 |
Manege (paardenhouderij) | Box | 0,4 |
Dierenpark | Ha. Netto terrein | 8,0 |
Attractie- en pretpark | Ha. Netto terrein | 8,0 |
Volkstuin | 10 tuinen | 1,45 |
Plantentuin (botanische tuin) | Gemiddelde tuin | 13,5 |
Horeca en (verblijfs)recreatie | ||
Camping (kampeerterrein) | Standplaats | 1,2 |
Bungalowpark (huisjescomplex) | Bungalow | 2,1 |
1* hotel | 10 kamers | 4,6 |
2* hotel | 10 kamers | 6,25 |
3* hotel | 10 kamers | 6,8 |
4* hotel | 10 kamers | 9,0 |
5* hotel | 10 kamers | 12,6 |
Café/bar/cafetaria | 100 m² bvo | 7,0 |
Restaurant (incl. fastfoodrestaurant) | 100 m² bvo | 13,0 |
Discotheek | 100 m² bvo | 20,9 |
Evenementenhal/beursgebouw/congresgebouw | 100 m² bvo | 8,5 |
Gezondheidszorg en (sociale) voorzieningen | ||
Huisartenpraktijk (-centrum) | Behandelkamer | 3,25 |
Apotheek | Apotheek | 3,35 |
Fysiotherapiepraktijk (-centrum) | Behandelkamer | 1,95 |
Consultatiebureau | Behandelkamer | 2,15 |
Consultatiebureau voor ouderen | Behandelkamer | 2,2 |
Tandartsenpraktijk (-centrum) | Behandelkamer | 2,65 |
Gezondheidscentrum | Behandelkamer | 2,45 |
Ziekenhuis | 100 m² bvo | 2,0 |
Crematorium | (deels) gelijktijdige plechtigheid | 30,1 |
Begraafplaats | (deels) gelijktijdige plechtigheid | 31,6 |
Penitentiaire inrichting | 10 cellen | 3,65 |
Religiegebouw | Zitplaats | 0,15 |
Verpleeg- en verzorgingstehuis | Wooneenheid | 0,6 |
Onderwijs | ||
Kinderdagverblijf (crèche) (x: zie bijlage 3) | 100 m² bvo | 1,5 + x |
Basisonderwijs (x: zie bijlage 3) | Leslokaal | 0,75 + x |
Middelbare school | 100 leerlingen | 4,9 |
ROC | 100 leerlingen | 5,9 |
Avondonderwijs | 10 studenten | 10,5 |
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken dan wel nadere eisen stellen ten opzichte van het bepaalde in artikel 2.10 ten behoeve van lagere dan wel hogere eisen m.b.t. de maatvoering van een parkeerplaats waarbij mede ingegaan wordt op de (parkeertechnische)achtergronden en gevolgen bij dat besluit.
Dit besluit moet worden voorzien van een motivering waaruit blijkt dat de ruimtelijke kwaliteit gewaarborgd blijft en / of dat dit besluit noodzakelijk is t.b.v. de ruimtelijke kwaliteit.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Graspeel 49, Zeeland'