direct naar inhoud van Artikel 15 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Westelijk Buitengebied
Status: concept
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0273.BPBGWBuitengebied-VO01

Artikel 15 Recreatie - Verblijfsrecreatie

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Recreatie - Verblijfsrecreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verblijfsrecreatie in de vorm van:
    • 1. de bedrijfsmatige exploitatie van mobiele kampeermiddelen, recreatiewoningen en stacaravans met bijbehorende voorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1';
    • 2. de bedrijfsmatige exploitatie van mobiele kampeermiddelen met bijbehorende voorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 2';
    • 3. een recreatiewoning ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning';
  • b. bedrijfswoningen;
  • c. een kleine woning ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - kleine woning';
  • d. de uitoefening van aan huis verbonden beroepen en aan huis verbonden bedrijven, met dien verstande dat maximaal 60 m2 van de oppervlakte van de woning hiervoor mag worden gebruikt;
  • e. detailhandel uitsluitend ten behoeve van recreatie ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel' met dien verstande dat:
    • 1. detailhandel uitsluitend is toegestaan in de kelderruimte van de bestaande bebouwing;
    • 2. de oppervlakte ten behoeve van de detailhandel maximaal 20 m2 mag bedragen;
  • f. een speeltuin ter plaatse van de aanduing 'speeltuin';

met de daarbij behorende:

  • g. gebouwen;
  • h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • i. tuinen en erven;
  • j. parkeer- en groenvoorzieningen;
  • k. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

Het aantal recreatiewoningen, stacaravans en bedrijfswoningen bedraagt maximaal het aantal zoals aangegeven in onderstaande tabel:

naam terrein   adres terrein   aanduiding   bedrijfs-
woning  
stacaravan   recreatie-
woning  
Arlerstrand   Arlersteeg 21-25     -   151   7  
Goorzicht   Husselsesteeg 24     1   14   -  
Hillary   Husselsesteeg 22/22a     1   65   -  
't Hoekje   Zuiderveldweg 20     1   34   1  
  Zuiderveldweg 14     1   1   4  
Weltevreden   Achterridder-
weg 1a  
  1   25   -  
Dops Akker   Voorthuizer-
straat 103  
  1   109   -  
De Hofstee   Bakkerweg 3     1   14   -  
De Doppenberg   Voorthuizer-
straat  
  1   26   10  
Bakkersbosje   Veenhuizer-
veldweg 3  
  1   11   1  
Wilgenhoff   Veenhuizer-
veldweg 16  
  1   78   -  
Eykenhof   Poolseweg 27     1   144   5  
  Veenwater-
weg 3  
  1   -   8  
Ned. Kampeer-
vereniging  
Veenwater-
weg 3a  
  1   73   -  
Sakkers   Driestweg 11     1   7   -  
Strand Nulde   Strand-
boulevard 27  
  1   -   -  

15.2 Bouwregels
15.2.1 Bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1'

Voor bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1' gelden de volgende regels:

  • a. uitsluitend gebouwen in de vorm van beheersgebouwen, trekkershutten, kamphuizen, recreatiewoningen met bijbehorende bijgebouwen, stacaravans met bijbehorende bijgebouwen en bedrijfswoningen met bijbehorende bijgebouwen zijn toegestaan.
  • b. Voor beheersgebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. de oppervlakte bedraagt maximaal de bestaande oppervlakte vermeerderd met 10%;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 8 m;
    • 3. de afstand tot de bestemmingsgrens bedraagt minimaal 10 m.
  • c. Voor trekkershutten en kamphuizen gelden de volgende regels:
    • 1. de oppervlakte van een trekkershut bedraagt maximaal 20 m2;
    • 2. de oppervlakte van een kamphuis bedraagt maximaal 100 m2;
    • 3. de bouwhoogte bedraagt maximaal 5 m;
    • 4. de goothoogte bedraagt maximaal 3 m;
    • 5. trekkershutten en kamphuizen zijn niet toegestaan op gronden gelegen binnen het op de als bijlage 7 opgenomen kaart 'Ontwikkelingsvisie' aangegeven deelgebied 1.
  • d. Voor recreatiewoningen en bijgebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van een recreatiewoning met bijbehorende bijgebouwen bedraagt maximaal 75 m2;
    • 2. de bouwhoogte van een recreatiewoning en aangebouwd bijgebouw bedraagt maximaal 4 m;
    • 3. de bouwhoogte van een vrijstaand bijgebouw bedraagt maximaal 2,5 m;
    • 4. recreatiewoningen mogen niet worden onderkelderd.
  • e. Voor stacaravans en bijgebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van een stacaravan met bijbehorende bijgebouwen bedraagt maximaal 55 m2;
    • 2. de bouwhoogte van een stacaravan en aangebouwd bijgebouw bedraagt maximaal 3 m;
    • 3. de bouwhoogte van een vrijstaand bijgebouw bedraagt maximaal 2,5 m.
  • f. Voor bedrijfswoningen en bijgebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. de inhoud van een bedrijfswoning bedraagt maximaal 660 m3;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 8 m;
    • 3. een bedrijfswoning mag binnen de buitenwerkse muurvlakken worden voorzien van een onderbouw met een maximale diepte van 3 m;
    • 4. voor woningen die niet tot stand zijn gekomen als eerste of tweede bedrijfswoning gelden de bouwregels, zoals opgenomen in artikel 20;
    • 5. bij vervangende nieuwbouw mag de afstand van de bedrijfswoning tot de weg niet kleiner worden, tenzij vooraf een geluidsonderzoek is uitgevoerd;
    • 6. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen bedraagt per woning maximaal 80 m2;
    • 7. de goothoogte van een bijgebouw bedraagt maximaal 3,5 m;
    • 8. de bouwhoogte van een bijgebouw bedraagt maximaal 6 m.
  • g. Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
    • 1. de oppervlakte bedraagt maximaal 10 m2;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 10 m.
15.2.2 Bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie -2'

Voor bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 2' gelden de volgende regels:

  • a. uitsluitend gebouwen in de vorm van beheersgebouwen, trekkershutten, kamphuizen, bedrijfswoningen en bijgebouwen behorende bij bijgebouwen zijn toegestaan.
  • b. Voor beheersgebouwen gelden de volgende regels
    • 1. de oppervlakte bedraagt maximaal de bestaande oppervlakte vermeerderd met 10%;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 8 m;
    • 3. de afstand tot de bestemmingsgrens bedraagt minimaal 10 m.
  • c. Voor trekkershutten en kamphuizen gelden de volgende regels:
    • 1. de oppervlakte van een trekkershut bedraagt maximaal 20 m2;
    • 2. de oppervlakte van een kamphuis bedraagt maximaal 100 m2;
    • 3. de bouwhoogte bedraagt maximaal 5 m;
    • 4. de goothoogte bedraagt maximaal 3 m;
    • 5. trekkershutten en kamphuizen zijn niet toegestaan op gronden gelegen binnen het op de als bijlage 7 opgenomen kaart 'Ontwikkelingsvisie' aangegeven deelgebied 6.
  • d. Voor bedrijfswoningen en bijgebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. de inhoud van een bedrijfswoning bedraagt maximaal 660 m3;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 8 m;
    • 3. een bedrijfswoning mag binnen de buitenwerkse muurvlakken worden voorzien van een onderbouw met een maximale diepte van 3 m;
    • 4. voor woningen die niet tot stand zijn gekomen als eerste of tweede bedrijfswoning gelden de bouwregels, zoals opgenomen in artikel 20;
    • 5. bij vervangende nieuwbouw mag de afstand van de bedrijfswoning tot de weg niet kleiner worden, tenzij vooraf een geluidsonderzoek is uitgevoerd;
    • 6. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen bedraagt per woning maximaal 80 m2;
    • 7. de goothoogte bedraagt maximaal 3,5 m;
    • 8. de bouwhoogte bedraagt maximaal 6 m.
  • e. Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
    • 1. de oppervlakte bedraagt maximaal 10 m2;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 10 m.
15.2.3 Bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'Recreatiewoning'

Voor bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning' gelden de volgende regels:

  • a. uitsluitend gebouwen in de vorm van recreatiewoningen met bijbehorende bijgebouwen zijn toegestaan.
  • b. Voor recreatiewoningen en bijgebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. uitsluitend het bestaande aantal recreatiewoningen is toegestaan;
    • 2. de gezamenlijke oppervlakte van een recreatiewoning met bijbehorende bijgebouwen bedraagt maximaal 75 m2;
    • 3. de bouwhoogte van een recreatiewoning en aangebouwd bijgebouw bedraagt maximaal 4 m;
    • 4. de bouwhoogte van een vrijstaand bijgebouw bedraagt maximaal 2,5 m;
    • 5. recreatiewoningen mogen niet worden onderkelderd.
  • c. Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
    • 1. de oppervlakte bedraagt maximaal 10 m2;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 10 m.
15.2.4 Kleine woning

Voor kleine woningen gelden de volgende regels:

  • a. de inhoud van een kleine woning bedraagt maximaal de bestaande inhoud;
  • b. de bestaande hoofdvorm van een kleine woning dient te worden gehandhaafd;
  • c. kleine woningen mogen niet zijn of worden voorzien van een onderbouw;
  • d. bij vervangende nieuwbouw dient de kleine woning te worden gebouwd op de bestaande locatie.
15.2.5 Bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'speeltuin'

Voor bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'speeltuin' gelden de volgende regels:

  • a. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan;
  • b. de oppervlakte van overkappingen bedraagt maximaal 400 m2;
  • c. de bouwhoogte van overkappingen bedraagt maximaal 6 m;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 2 m.
15.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • het ruimtelijke beeld;
  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • de verkeersveiligheid;

nadere eisen stellen aan:

  • a. de plaats van gebouwen indien de afstand tot de grens van het bouwperceel minder dan 5 m bedraagt;
  • b. de plaats van bouwwerken indien de afstand tot de as van de weg minder dan 20 m bedraagt.
15.4 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het straat- en/of bebouwingsbeeld;
  • de verkeersveiligheid;

met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. lid 15.1 voor de bouw van een eerste bedrijfswoning als nog geen bedrijfswoning aanwezig is met een inhoud van maximaal 660 m3 en een bouwhoogte van maximaal 8 m;
  • b. lid 15.2 voor het vergroten en gebruik van bijgebouwen bij de bedrijfswoning voor gedeeltelijk zelfstandige inwoning tot maximaal 60 m², mits de noodzaak om het bijgebouw te gebruiken in plaats van het hoofdgebouw is aangetoond;
  • c. lid 15.2 voor een vergroting van de inhoud van een bedrijfswoning met maximaal 60 m³ tot een maximum van 720 m³ ten behoeve van gedeeltelijk zelfstandige inwoning van een huishouden, mits dit niet leidt tot woningsplitsing;
  • d. lid 15.2 voor het vergroten van de inhoud van een bedrijfswoning tot een maximum van 880 m³, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
    • 1. de afwijkingsbevoegdheid is niet van toepassing ter plaatse van de aanduiding 'Arkemheen';
    • 2. vergroting van de inhoud van de woning is uitsluitend mogelijk indien sprake is van de aanleg van natuur- en/of landschapselementen volgens onderstaande tabel, met dien verstande dat de aanleg van nieuwe natuur en nieuwe landschapselementen zowel afzonderlijk als in combinatie met elkaar mogelijk zijn:
      Aanleg nieuwe natuur   Aanleg nieuwe landschaps-
      elementen  
      Extra woninginhoud  
      5.000 m2   1.000 m2   100 m3  
      10.000 m2   2.000 m2   200 m3  
      15.000 m2   3.000 m2   300 m3  
      20.000 m2   4.000 m2   400 m3  
  • e. lid 15.2 voor het vergroten van een onderbouw onder een hoofdgebouw buiten de buitenwerkse muren met maximaal 10% van de bestaande oppervlakte;
  • f. lid 15.2 voor het vergroten van de gezamenlijke oppervlakte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
15.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het permanent bewonen van recreatiewoningen, stacaravans en mobiele kampeermiddelen;
  • b. het gebruik van de gronden, voor zover gelegen binnen een afstand van 5 m vanuit de bestemmingsgrens, anders dan ten behoeve van afschermende beplanting;
  • c. de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of een aan huis verbonden bedrijf, met dien verstande dat dit wel is toegestaan indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
    • 1. maximaal 60 m2 van de oppervlakte van de bedrijfswoning wordt hiervoor gebruikt;
    • 2. de uitoefening van het aan huis verbonden beroep of aan huis verbonden bedrijf vindt niet plaats vanuit een bijgebouw bij de bedrijfswoning;
    • 3. het gebruik dient ondergeschikt te zijn aan de woonfunctie;
    • 4. er mag geen detailhandel plaatsvinden;
    • 5. er mag geen horeca plaatsvinden;
    • 6. het beroep of bedrijf wordt door (een van) de bewoner(s) van de woning uitgeoefend;
    • 7. een internetwinkel is toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende aanvullende voorwaarden:
      • uitsluitend internetverkoop is toegestaan;
      • een winkel- of uitstallingsruimte of reclame-uitingen zijn niet toegestaan;
      • opslag is toegestaan, mits inpandig en ondergeschikt aan de woonfunctie;
      • de afhaal- en afrekenfunctie is beperkt en past qua aard en omvang binnen de woonfunctie;
      • de openingstijden voor het afhalen van de goederen dienen beperkt te blijven tot maximaal acht vastgestelde uren, evenredig verdeeld over de week en niet tussen 19.00 uur en 9.00 uur;
      • het parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden;
      • er mag geen sprake zijn van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
      • behoudens in- en uitladen mogen geen bedrijfsactiviteiten in de openbare ruimte rond de betreffende woning plaatsvinden;
      • er kunnen nadere eisen worden gesteld aan de tijdstippen en het aantal laad- en losactiviteiten.
15.6 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. lid 15.1 voor het toestaan van inwoning, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden;
  • b. lid 15.1 voor het vergroten van de oppervlakte ten behoeve van de uitoefening van aan huis verbonden beroepen en aan huis verbonden bedrijven, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte kan worden vergroot tot maximaal 100 m2;
    • 2. aangetoond wordt dat er geen sprake zal zijn van een onevenredige verkeersaantrekkende werking en dat het parkeren op eigen terrein zal plaatsvinden;
    • 3. er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
    • 4. er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden;
  • c. lid 15.1 voor het toestaan van de uitoefening van aan huis verbonden beroepen en aan huis verbonden bedrijven in bijgebouwen, mits geen aantasting plaatsvindt van de milieuhygiënische belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.