direct naar inhoud van 4.2 Bodem
Plan: Voorthuizerstraat 196/Arkemheenseweg 10
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0273.BPBGvoorthuistr196-VA01

4.2 Bodem

In het kader van de onderzoeksplicht van artikel 3.1.6 Bro dient onder andere de bodemgesteldheid in het plangebied in beeld gebracht te worden. Onderzocht moet worden of de bodem verontreinigd is en wat voor gevolgen een eventuele bodemverontreiniging heeft voor de uitvoerbaarheid van het plan.

Voorafgaand aan de transactie van het perceel Voorthuizerstraat 196-198 is in 2011 reeds een (verkennend) bodemonderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek is opgenomen in bijlage 1. De conclusie is hierna weergegeven.

Zintuiglijk zijn lokaal in de bovengrond lichte bijmeningen aan puindeeltjes waargenomen. Zintuiglijk zijn in de vaste bodem, ter plaatse van de voormalige bovengrondse tank en voormalige opslag van olie, geen oliecomponenten waargenomen. Zintuigelijk is geen asbestverdacht materiaal op of in de bodem aangetroffen.

In de bovengrond zijn verhoogde gehalten aan zware metalen, PAK, PCB's en minerale olie aangetoond. In het grondwater zijn verhoogde gehalten aan barium aangetoond. De verhoogd aangetoonde gehalten overschrijden respectievelijk de achtergrond- en streefwaarden. In de ondergrond zijn geen verhoogde gehalten aangetoond.

Op basis van het verkennend bodemonderzoek moet een nader onderzoek worden uitgevoerd naar de locatie Voorthuizerstraat. Dit nadere onderzoek is in mei 2013 uitgevoerd. Het volledige onderzoek is opgenomen in bijlage 2. De conclusie is hierna weergegeven.

Het onderzoek is uitgevoerd naar aanleiding van de resultaten van het verkennende onderzoek waarbij, tijdens de eerste analse, een sterk verhoogd gehalte aan lood is aangetoond in een mengmonster van de bovengrond en na heranalyse een licht verhoogd gehalte aan lood is aangetoond, alsmede de eis om de monsters, waaruit het mengmonster is samengesteld, separaat te analyseren op lood.

Analytisch zijn in de vaste bodem, met uitzondering van licht verhoogde gehalten aan lood in twee van de boringen, geen gehalten aan lood aangetoond boven de achtergrondwaarde. De verhoogd aangetoonde gehalten overschrijden de achtergrondwaarde, maar blijven beneden de toetsingswaarde voor nader onderzoek. De analyseresultaten van dit onderzoek bevestigen de resultaten van de heranalyse uit het voorgaande onderzoek.

Voor de wijziging die met dit bestemmingsplan op het perceel Arkemheenseweg 10 worden geregeld is nader onderzoek naar de bodemkwaliteit niet noodzakelijk.

Algemeen geldt dat indien bij de bouwactiviteiten grond vrij komt en deze niet op het terrein zelf kan worden verwerkt, deze grond in aanmerking zou kunnen komen voor hergebruik als bodem of in een grondwerk. Wanneer men de grond buiten het terrein wil verwerken, dienen de regels van het Bouwstoffenbesluit nageleefd te worden.