Plan: | Duinhof Oost |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1714.bpduinhofoost13-ON01 |
het bestemmingsplan Duinhof Oost met identificatienummer NL.IMRO.1714.bpduinhofoost13-ON01 van de gemeente Sluis.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
een gebied met natuurwaarden, ingericht, in stand gehouden en beheerd voor de leefomgeving van een boomkikker, in hoofdzaak bestaand uit water.
een gedeeltelijk niet horizontale dakconstructie gevormd door ten minste twee schuin hellende dakschilden met een steile helling, waarin ten minste één bouwlaag is verwerkt. Het horizontale gedeelte van de dakconstructie bedekt ten hoogste 90% van het dak.
een gebied met natuurwaarden, ingericht, in stand gehouden en beheerd voor de leefomgeving van een boomkikker.
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna.
een door het bevoegd gezag aan te wijzen onafhankelijke deskundige of commissie van deskundigen inzake aanwezige natuur- en landschapswaarden.
door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven norm, zoals deze luidde op het moment van vaststelling van het plan.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling, apparatuur voor telecommunicatie en reinwaterkelders.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak.
het door een huishouden of daarmee gelijk te stellen groep van personen, dat het hoofdverblijf elders heeft, gedurende een gedeelte van het jaar tijdelijk te verblijven.
een permanent ter plaatse aanwezig gebouw, geen woonkeet en geen caravan of andere constructie op wielen zijnde, dat bedoeld is om uitsluitend door een huishouden of daarmee gelijk te stellen groep van personen, dat het hoofdverblijf elders heeft, gedurende een gedeelte van het jaar te worden gebruikt.
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in ieder elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
het kortdurend verblijf van één of meerdere personen met overnachting die elders hun hoofdverblijf hebben, waarbij in ieder geval geen sprake is van permanente bewoning.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot/de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel. Bij een kloeke kap wordt de onderste druiplijn van de kapvorm, geen boeibord zijnde, als goothoogte gemeten.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de gebruiksvloeroppervlakte volgens NEN 2580.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Op deze gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 1 m.
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
gebouwen en bouwwerken | aantal | goothoogte van een bouwwerk | bouwhoogte van een bouwwerk | bebouwingspercentage van het bouwvlak boven het peil | afstand tussen gebouwen onderling ten minste | |||||||||||||||||
appartementengebouwen, exclusief parkeergarage onder peil | 3 | 10 m | 13 m | zie maatvoering aanduiding | 10 m | |||||||||||||||||
erfafscheidingen | 1,25 m | |||||||||||||||||||||
privacyschermen met een diepte van ten hoogste 2 m | 2 m | |||||||||||||||||||||
nutsvoorzieningen | 3 m | |||||||||||||||||||||
straatverlichting met neerwaartse uitstraling | 5 m | |||||||||||||||||||||
speelvoorzieningen | 8 m | |||||||||||||||||||||
vlaggenmasten | 10 m | |||||||||||||||||||||
overige bouwwerken, geen gebouw of overkappingen, zijnde | 3 m |
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere eisen stellen ten behoeve van een goede stedenbouwkundige en landschappelijke inpassing van de appartementengebouwen ten opzichte van Ringdijk Noord, ten aanzien van:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen ter plaatse van de aanduiding 'wro wetgevingszone - wijzigingsgebied - 1' de goot- en bouwhoogte wijzigen, met inachtneming van de volgende regels:
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
gebouwen en bouwwerken | aantal | goothoogte van een bouwwerk | bouwhoogte van een bouwwerk | afstand tussen gebouwen aan één zijde ten minste | afstand van gebouwen tot zijdelingse perceelsgrens niet aaneen gebouwd | ||||||||||||||||||||||||||||||
recreatiewoning | 30 | 6 m | 10 m | 3 m | 3 m | ||||||||||||||||||||||||||||||
aan- en uitbouwen | 3 m | 5 m | |||||||||||||||||||||||||||||||||
erfafscheidingen | 1,25 m | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
privacyschermen met een diepte van ten hoogste 2 m | 2 m | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
nutsvoorzieningen | 3 m | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
straatverlichting met neerwaartse uitstraling | 5 m | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
speelvoorzieningen | 8 m | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
vlaggenmasten | 10 m | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
overige bouwwerken, geen gebouw of overkappingen, zijnde | 3 m |
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.3, onder e met inachtneming van de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in lid 5.1 onder b en c en lid 5.3 onder c en d zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 5.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Burgemeester en wethouders kunnen het bouwvlak aan de noordoostzijde wijzigen en de aanduidingen 'specifieke vorm van groen - 1' en specifieke vorm van groen - 2' verplaatsen, met inachtneming van de volgende regels:
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn – bij wijze van dubbelbestemming – bestemd voor bescherming en veiligstelling van de waterstaatkundige functie van de nabij gelegen primaire waterkering.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.2 onder b ten behoeve van het bouwen van nieuwe bouwwerken, of het uitbreiden van bestaande bouwwerken, met inachtneming van het volgende:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waterstaat - Waterkering zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 6.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 6.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de waterstaatskundige functies van de primaire waterkering niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.
Gronden die in aanmerking zijn genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De voor 'Vrijwaringszone - Dijk' aangewezen gronden zijn – behalve voor de daar voorkomende bestemmingen – mede aangeduid voor waterstaatkundige voorzieningen.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 8.1.2, onder c met inachtneming van de volgende regels:
alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder van de waterkering over de vraag of door de voorgenomen bouwactiviteiten het belang van de waterkering niet onevenredig wordt geschaad.
Tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is, kan van dit plan bij omgevingsvergunning worden afgeweken, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen ter plaatse van de aanduiding 'wro wetgevingszone - wijzigingsgebied - 2':
met inachtneming van de volgende regels:
Deze regels worden aangehaald onder de naam 'Regels van het bestemmingsplan Duinhof Oost'.