direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch
Plan: Woning Wijksestraat 39, Bergharen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0296.0453BERwijksestraa-VSG1

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor “Agrarisch ” aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. agrarisch grondgebruik en agrarische bedrijfsuitoefening;
  • b. behoud, herstel en versterking van cultuurhistorische, landschappelijke en natuurwaarden;
  • c. recreatief medegebruik;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone molenbiotoop' tevens ter bescherming van de buiten het plangebied gelegen bestaande molen als werktuig en beeldbepalend element;

een en ander met de daarbij bijbehorende voorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd ten dienste van de in 3.1opgenomen bestemmingsomschrijving,

3.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het agrarisch grondgebruik, met inbegrip van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen, mag maximaal 2 m bedragen, met dien verstande dat:
    • 1. de hoogte van erf- en perceelsafscheidingen maximaal 1,5 m mag bedragen;
    • 2. het oprichten van sleufsilo's niet is toegestaan;
  • b. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het recreatief medegebruik, zoals banken, picknicktafels e.d., mag maximaal 2 m bedragen
3.3 Aanlegvergunning
3.3.1 Verbodsregel

Het is verboden, in verband met de ligging in een gebied met kwetsbaar reliëf, op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning), gronden op te hogen, af te graven en/of te egaliseren.

3.3.2 Uitzondering

Het onder 3.3.1 bepaalde geldt niet voor de werken of werkzaamheden:

  • a. waarvoor vóór het van kracht worden van het bestemmingsplan aanlegvergunning is verleend;
  • b. die ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;
  • c. die het normale onderhoud en de normale agrarische bedrijfsvoering betreffen
  • d. welke verband houden met de sloop van de bestaande woning.
3.3.3 Toelaatbaarheid

De onder 3.3.1 werkzaamheden zijn toelaatbaar indien:

  • a. door die werken en werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de aanwezige waarden van de gronden niet onevenredig worden aangetast;
  • b. de werken of werkzaamheden noodzakelijk zijn in verband met de agrarische bedrijfsvoering, dan wel in verband met het recreatief medegebruik;
  • c. de werken in het kader van het behoud, herstel en versterking van cultuurhistorische, landschappelijke en natuurwaarden.