direct naar inhoud van Regels
Plan: Baanrotatie Vliegveld Midden Zeeland
Status: ontwerp
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.9929.IPPVliegVldMZLD-ON01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 Inpassingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.9929.IPPVliegVldMZLD-ON01 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen).

1.2 Plan:

het inpassingsplan Baanrotatie Vliegveld Midden Zeeland van de provincie Zeeland.

1.3 Verbeelding:

de analoge en digitale voorstelling van de in het plan opgenomen digitale ruimtelijke informatie met nummer NL.IMRO.9929.IPPVliegVldMZLD-ON01.

1.4 Aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

1.5 Ander bouwwerk:

een bouwwerk, geen gebouw zijnde.

1.6 Bebouwing:

één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

1.7 Bedrijfswoning:

woning in of bij een gebouw of op of bij een terrein, slechts bestemd voor het huishouden van een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of terrein, noodzakelijk is.

1.8 Bestaand:
  • a. bij gebruik: het gebruik zoals aanwezig op het moment van inwerkingtreding van het plan, tenzij in de regels anders is bepaald;
  • b. bij bouwwerken: de legaal aanwezige bebouwing die op het moment van de terinzagelegging van het ontwerpplan bestaat of wordt gebouwd.
1.9 Beperkt kwetsbaar gebouw:

gebouw met een kantoor-, cel-, industrie-, sport- of logiesfunctie als bedoeld in artikel 1.1 van het Bouwbesluit 2012.

1.10 Inpassingsplangrens:

de grens van het inpassingsplan.

1.11 Bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.12 Bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats.

1.13 Gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.14 Gebruiken:

gebruiken, het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven.

1.15 Geluidsgevoelig gebouw:

gebouw met een onderwijs- of gezondheidszorgfunctie als bedoeld in artikel 1.1 van het Bouwbesluit 2012.

1.16 Helikopterspot / helikopteropstelplaats:

Locatie/platform vanwaar de helikopters aankomen en vertrekken

1.17 Luchthaven:

een terrein geheel of gedeeltelijk bestemd voor het opstijgen en het landen van luchtvaartuigen met inbegrip van:

  • a. de daarmee verband houdende bewegingen van luchtvaartuigen op de grond,
  • b. de afwikkeling van het in de aanhef en onder sub a bedoelde luchtverkeer, of
  • c. bedrijfsmatige activiteiten die samenhangen met de afwikkeling van het in de aanhef en onder sub a bedoelde luchtverkeer.
1.18 Luchtvaartuig:

toestel, dat in de dampkring kan worden gehouden ten gevolge van krachten, die de lucht daarop uitoefent, anders dan de krachten van de lucht tegen het aardoppervlak.

1.19 Luchtverkeer:

het geheel der verplaatsingen van luchtvaartuigen in de lucht of op een luchthaven, alsmede het gebruik van het luchtruim door toestellen die geen luchtvaartuigen zijn.

1.20 Maaiveld:

het oppervlak (of de gemiddelde hoogte daarvan) van het land of de bovenkant van het terrein dat een bouwwerk omgeeft.

1.21 Obstakel:

een object dat zich boven het maaiveld bevindt en zich niet voortbeweegt.

1.22 Overig gebouw:

een gebouw, niet zijnde een woning, een beperkt kwetsbaar gebouw of een kwetsbaar gebouw.

1.23 Peil:
  • a. voor gebouwen, waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk grenst aan de weg en voor dijkbebouwing: de hoogte van de kruin van de weg;
  • b. voor andere gevallen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte terrein.
1.24 Prostitutie:

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.

1.25 Seksinrichting:

de voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotisch massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub verstaan, al dan niet in combinatie met elkaar.

1.26 Woning:

een gebouw dat geheel of gedeeltelijk voor bewoning is bestemd.

Artikel 2 Wijze van meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 De bouwhoogte van een bouwwerk:

Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Verkeer - Luchthaven

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Luchthaven' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. luchtverkeer en -vervoer;
  • b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water en nutsvoorzieningen.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Toelaatbare bebouwing

Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, de volgende bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd:

  • a. andere bouwwerken.
3.2.2 Andere bouwwerken

De andere bouwwerken worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de hoogte van andere bouwwerken bedraagt ten hoogste:
    • 1. terreinafscheidingen: 2 meter;
    • 2. overige andere bouwwerken: 5 meter.
3.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag is bevoegd, bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen, nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en afmetingen van andere bouwwerken, indien zulks noodzakelijk is:

  • a. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de landschappelijke, natuurwetenschappelijke en/of cultuurhistorische waarden van aangrenzende gronden;
  • b. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken geen gebouwen zijnde;
  • c. ten behoeve van de landschappelijke inpassing;
  • d. ten behoeve van de milieusituatie;
  • e. ten behoeve van de verkeersveiligheid.
3.4 Afwijken van de bouwregels
3.4.1 Vergroten bouwhoogte andere bouwwerken

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 3.2.2 sub a, voor het vergroten van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde tot 15 meter, met inachtneming van het bepaalde in artikel 6.1.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 5 Algemene gebruiksregels

5.1 Algemeen gebruiksverbod

Het is verboden de in dit plan begrepen gronden, gebouwen en andere bouwwerken te gebruiken, te doen of laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de in dit plan aan de grond gegeven bestemming. Tot het verboden gebruik wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruiken, te doen of laten gebruiken van gronden, gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van de exploitatie van een seksinrichting, een escortbedrijf en raam- en straatprostitutie;
  • b. het gebruiken, te doen of laten gebruiken van gronden als uitstallings-, opslag-, stand-, of ligplaats voor kampeermiddelen, tenzij in deze regels anders is bepaald;
  • c. kleinschalig kamperen, tenzij in deze regels anders is bepaald.

Artikel 6 Algemene aanduidingsregels

6.1 Geluidszone - luchthaven 1

Binnen de aanduiding 'Geluidszone - luchthaven 1' geldt dat nieuwbouw van woningen en geluidsgevoelige gebouwen, zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit burgerluchthavens (Bbl), ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, niet zijn toegestaan.

6.2 Geluidszone - luchthaven 2

Binnen de aanduiding 'Geluidszone - luchthaven 2' geldt dat nieuwbouw van woningen en geluidsgevoelige gebouwen, zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit burgerluchthavens (Bbl), ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, uitsluitend zijn toegestaan met inachtname van het volgende:

  • a. het betreft nieuwbouw van een bedrijfswoning;
  • b. het betreft een woning of een geluidsgevoelig gebouw, gelegen op de contour van 56 dB(A) Lden of in het gebied tussen de contour van 56 dB(A) Lden en de contour van 70 dB(A) Lden, waarbij deze functie:
    • 1. een open plek in de bestaande bebouwing opvult; of
    • 2. zal dienen ter vervanging van op die plaats reeds aanwezige bebouwing; of
    • 3. binnen het desbetreffende gebied wordt verplaatst naar een locatie waar de geluidbelasting ten gevolge van het luchthavenluchtverkeer minder is, waarbij geldt dat verplaatsing uitsluitend plaatsvindt nadat de oude woning of het oude geluidsgevoelige gebouw aan de bestemming is onttrokken.
6.3 Geluidszone - luchthaven 3

Binnen de aanduiding 'Geluidszone – luchthaven 3' geldt dat nieuwbouw van woningen en geluidsgevoelige gebouwen, zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit burgerluchthavens (Bbl), ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, uitsluitend zijn toegestaan mits deze niet leiden tot:

  • a. een naar oordeel van het bevoegd gezag ingrijpende wijziging van het bestaande evenwicht tussen de belangen van de luchthaven en de recreatieve functies in de omgeving;
  • b. een wezenlijke toename van het aantal geluidgehinderden;
  • c. een wezenlijke toename van de aan de uitwendige scheidingsconstructie optredende geluidsbelasting.

waarbij geldt dat:

  • d. nieuwbouw van een bedrijfswoning is toegestaan;
  • e. een woning of een geluidsgevoelig gebouw, gelegen op de contour van 48 dB(A) Lden of in het gebied tussen de contour van 48 dB(A) Lden en de contour van 56 dB(A) Lden, uitsluitend is toegestaan mits deze bebouwing:
    • 1. een open plek in de bestaande bebouwing opvult; of
    • 2. zal dienen ter vervanging van op die plaats reeds aanwezige bebouwing; of
    • 3. binnen het desbetreffende gebied wordt verplaatst naar een locatie waar de geluidbelasting ten gevolge van het luchthavenluchtverkeer minder is, waarbij geldt dat verplaatsing uitsluitend plaatsvindt nadat de oude woning of het oude geluidsgevoelige gebouw aan de bestemming is onttrokken.
6.4 Hoogteaanduiding vliegveld
6.4.1 Aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - Hoogteaanduiding vliegveld' zijn mede bestemd voor het vrijhouden van een uit- en invliegstrook ten behoeve van het luchtverkeer.

6.4.2 Bouwregels
  • a. Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende regels:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 1' geldt een maximum bouwhoogte van 10 meter;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 2' geldt een maximum bouwhoogte van 20 meter;
    • 3. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 3' geldt een maximum bouwhoogte van 30 meter;
    • 4. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 4' geldt een maximum bouwhoogte van 40 meter;
    • 5. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 5' geldt een maximum bouwhoogte van 45 meter;
    • 6. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 6' geldt een maximum bouwhoogte van 50 meter;
    • 7. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 7' geldt een maximum bouwhoogte van 60 meter;
    • 8. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 8' geldt een maximum bouwhoogte van 70 meter;
    • 9. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 9' geldt een maximum bouwhoogte van 80 meter;
    • 10. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 10' geldt een maximum bouwhoogte van 90 meter;
    • 11. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - hoogteaanduiding vliegveld - 11' geldt een maximum bouwhoogte van 100 meter.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a, lid 1 tot en met 5 geldt dat een (tijdelijk) object dat de genoemde maximale bouwhoogte overschrijdt uitsluitend is toegestaan in de gevallen waarin het objecten betreft die ten behoeve van de bestemming in de zone moeten worden geplaatst.
  • c. In afwijking van het bepaalde onder a, lid 6 tot en met 11, geldt dat een (tijdelijk) object dat de genoemde maximale bouwhoogte overschrijdt uitsluitend is toegestaan in de gevallen waarin:
    • 1. het objecten betreft die ten behoeve van de bestemming in de zone moeten worden geplaatst of;
    • 2. nadat door middel van een 'aeronautical study' is aangetoond dat het object geen gevolgen heeft op de veiligheid of gevolgen heeft voor de continuïteit van de vliegoperaties.
6.5 Veiligheidszone - luchthaven 1
  • a. Binnen de aanduiding 'Veiligheidszone - luchthaven 1' geldt dat nieuwbouw van woningen, kwetsbare gebouwen en/of beperkt kwetsbare gebouwen als bedoeld in artikel 1 lid 1 van het Besluit burgerluchthavens, niet zijn toegestaan.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a:
    • 1. is vervangende nieuwbouw van bedrijfswoningen toegestaan;
    • 2. kan voor vervangende nieuwbouw van een beperkt kwetsbaar object en voor nieuwbouw van een overig gebouw een verklaring van geen bezwaar worden afgegeven door de Minister, zoals bedoeld in de Wet Luchtvaart, waarbij vervangende nieuwbouw niet eerder wordt toegepast dan nadat de oude bedrijfswoning of het oude beperkt kwetsbare gebouw aan de bestemming is onttrokken.
6.6 Veiligheidszone - luchthaven 2
  • a. Binnen de aanduiding 'Veiligheidszone - luchthaven 2' geldt dat nieuwbouw van een gebouw, niet zijnde een bedrijfswoning, niet is toegestaan.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a. kan voor nieuwbouw van een woning of kwetsbaar gebouw een verklaring van geen bezwaar worden afgegeven door de Minister, zoals bedoeld in de Wet Luchtvaart, waarbij deze verklaring uitsluitend wordt afgegeven
    • 1. bij nieuwbouw op een open plek in de bestaande bebouwing,
    • 2. bij verandering van de bestemming van een gebouw, of
    • 3. bij verplaatsing van een woning of een kwetsbaar object naar een minder risicodragende locatie binnen het gebied, waarbij geldt dat verplaatsing niet eerder wordt toegepast dan nadat de oude woning of het oude kwetsbare object aan de bestemming is onttrokken.
6.7 Luchtvaartverkeerszone

Binnen de aanduiding 'Luchtvaartverkeerszone' voor het vliegveld geldt dat nieuwbouw van woningen en geluidsgevoelige gebouwen, zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit burgerluchthavens (Bbl), zijn toegestaan met inachtname van het volgende:

  • a. het gaat om het opvullen van een open plek in de bestaande, te handhaven bebouwing;
  • b. ter plaatse is het geluidsgevoelig object dringend noodzakelijk om redenen van grond- of bedrijfsgebondenheid;
  • c. nieuwe geluidsgevoelige objecten zijn ter vervanging van op die plaats reeds aanwezige bebouwing, niet zijnde woningen, andere geluidsgevoelige gebouwen of woonwagenstandplaatsen.
6.8 Helikopterspot

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - helikopterspot' zijn de gronden tevens bestemd voor een helikopteropstelplaats zoals bedoeld in lid 1.16.

Artikel 7 Algemene wijzigingsregels

7.1 Overschrijding bouw- en bestemmingsgrenzen

Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, het plan wijzigen ten behoeve van geringe overschrijdingen, die in het belang zijn van een ruimtelijk of technisch beter verantwoorde plaatsing van bouwwerken of die noodzakelijk zijn in verband met de werkelijke toestand van het terrein. Hierbij zijn verschuivingen van de inpassingsplangrens met maximaal 5 meter toelaatbaar.

7.2 Wijzigingsbevoegdheid algemene aanduidingsregels

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemmingsregels in artikel 6.5 en artikel 6.6 op onderdelen wijzigen in die zin dat: de aanduiding wordt verkleind, indien uit onderzoek is gebleken dat door een wijziging van de bedrijfsvoering in de risicovolle inrichting de plaatsgebonden risicocontour kleiner is geworden of dat door aangepaste wet- en regelgeving, nieuwe inzichten, danwel nieuwe rekenmethoden een kleinere plaatsgebonden risicocontour geldt.

Artikel 8 Overige regels

8.1 Overige zone - verwijderd beperkingen contouren vliegveld

Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - verwijderd beperkingen contouren vliegveld' zijn de genoemde artikelen uit onderstaande tabel uit de bijbehorende bestemmingsplannen vervallen.

Voorgaand plan   Vaststelling (bevoegd gezag)   Artikelen  
Bestemmingsplan “Buitengebied'   28 september 2009 (gemeenteraad Middelburg)   36.2 Luchtvaartverkeerszones
(lid 36.2.1 t/m 36.2.3)  
Bestemmingsplan “Oranjeplaat”   24 juni 2013 (gemeenteraad Middelburg)   21.1 Luchtvaartverkeerszones
(lid 21.1 t/m 21.3)  
Bestemmingsplan “Waterpark Veerse Meer 2020”   7 juli 2021 (gemeenteraad Middelburg) en herstelbesluit 15 december 2022 (gemeenteraad Middelburg)   11.1 Luchtvaartverkeerszone
11.2 Hoogteaanduiding vliegveld
11.4 Veiligheidszone - luchthaven  
Bestemmingsplan “Buitengebied 2010'   1 juni 2023 (gemeenteraad Goes)   32.1 Luchtvaartverkeerzones
(lid 32.1.1 t/m 32.1.4)
 
Bestemmingsplan “Landelijk Gebied 2013”   29 augustus 2013 (gemeenteraad Noord-
Beveland)  
Artikel 28.2 Luchtvaartverkeerzone (lid 28.2.1 t/m 28.2.2)  

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 9 Overgangsrecht

9.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het inpassingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het inpassingsplan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Het bevoegd gezag kan in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  • c. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het inpassingsplan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
9.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het inpassingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met het inpassingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met het inpassingsplan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het inpassingsplan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 10 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het inpassingsplan "Baanrotatie Vliegveld Midden Zeeland" van de Provincie Zeeland.