Plan: | Brinkstraat |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0273.WPbrinkstraat-ON01 |
Bij externe veiligheid gaat het om de gevaren die de directe omgeving loopt in het geval er iets mis mocht gaan tijdens de productie, het behandelen of het vervoer van gevaarlijke stoffen. De daaraan verbonden risico's moeten aanvaardbaar blijven. Binnen het onderwerp externe veiligheid worden twee normstellingen gehanteerd:
In het kader van de externe veiligheid worden in hoofdzaak drie mogelijke risicobronnen onderscheiden:
Het plangebied ligt binnen het aandachtgebied van de Oude Rijksweg (N798). Volgens de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen moet externe veiligheid aan de orde komen in het ruimtelijk besluit dat de realisatie van de woningen mogelijk maakt.
Door het ingenieursbureau DGNMR is een een kwantitatieve risicoanalyse uitgevoerd voor de N789. Deze analyse is toegevoegd in bijlage 3.
Opgemerkt wordt dat het geldende bestemmingsplan, met gebruikmaking van de wijzigingsbevoegdheid, maximaal 35 woningen toestaat. Een dergelijk besluit ()art 3.6 Wro) is niet genoemd in de niet limitatieve opsomming van omgevingsbesluiten waarop de circulaire 'Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (RNVGS)' van toepassing is. Een wijzigingsbesluit wordt in ieder geval niet getoetst aan het 'Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi)'. Daarom is er vanuit gegaan dat de maximale capaciteit, die zonder toetsing aan de eisen uit de circulaire voldoet, 35 woningen is.
Kwalitatieve risicoanalyse N798
Op een afstand van circa 170 meter van het plangebied ligt de provinciale weg N798. Deze weg is aangewezen als transportroute voor gevaarlijke stoffen. In het het rapport van DGMR zijn de transportintensiteiten opgenomen (zie Bijlage 3).
Op basis van de circulaire RNVGS bedraagt de invloedsafstand bij dergelijke wegen 200 meter.
Het plangebied ligt binnen het invloedsgebied van transport van LPG (stofcategorie GF3). Aanwezigen in het invloedsgebied dragen daarom bij aan het groepsrisico. In de risicoanalyse is door DGMR met de vuistregels uit de Handleiding Risicoanalyse Transport (HART, 1 november 2011, concept) de potentiële overschrijding van de grenswaardencontour voor het plaatsgebonden risicocontour en de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico bepaald.
Plaatsgebonden risico
De N789 is een 80 km/uur weg. De weg heeft geen 10-6 contour voor het plaatsgebonden risico bij minder dan 500 transporten GF3 per jaar. Over de N789 vinden 197 transporten GF3 per jaar plaats. Het plaatsgebonden risicocontour vormt dan ook geen belemmering voor het voorgenomen plan.
Groepsrisico
Het groepsrisico wordt bepaald door het aantal transporten en de aanwezigen in het invloedsgebied. Het deel van de N789 waar het plan bijdraagt aan het groepsrisico is deels aan twee zijden bebouwd. Volgens de drempelwaarde is het groepsrisico bij de transportaantallen minder dan 10% van de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico als het aantal aanwezigen vanaf 10 meter van de weg minder is dan circa 70 personen per hectare. In het invloedsgebied liggen voor een groot deel rustige woonwijken, deels op een afstand van meer dan 10 meter.
De gemiddeld toegestane personendichtheid in het invloedsgebied is niet meer dan gemiddeld maximaal 40 personen per hectare. Het groepsrisico is in dat geval minder dan 10% van de oriëntatiewaarde.
Het voorgenomen plan kan het groepsrisico beïnvloeden omdat het binnen het invloedsgebied van de N798 ligt. Het aantal toegestane aanwezigen in het plangebied is na de ontwikkeling van het plan ongeveer gelijk aan de volgens het vigerende plan toelaatbare aantal aanwezigen.
Het vigerend bestemmingsplan staat maximaal 35 woningen toe in het plangebied. Dit
correspondeert met 84 aanwezigen in de nacht en 42 aanwezigen overdag.
Onderhavig bestemmingsplan voorziet in maximaal 26 woningen en een dagverblijf
van 225 m2. Het gemiddeld aantal aanwezigen in de woningen is 63 in de nacht en 32
in de dagperiode. In de dagperiode zijn personen aanwezig in het dagverblijf. Dit
aantal is conservatief ingeschat op 1 per 15 m2, wat neerkomt op gemiddeld 15
personen aanwezig. In totaal zijn de toekomstige situatie gemiddeld 47 personen in de
dagperiode en 63 personen in de nachtperiode aanwezig. Per saldo is het aantal
aanwezigen na ontwikkeling van het plan dus ongeveer gelijk aan de volgens het
vigerende bestemmingsplan toegestane situatie.
De invloed van het plan op het groepsrisico is daarom verwaarloosbaar. Het groepsrisico blijft meer dan een factor 10 onder de oriëntatiewaarde en stijgt niet. Het invullen van de verantwoordingsplicht groepsrisico is daarom niet voorgeschreven. Het groepsrisico vormt geen belemmering voor het plan.
Advies
Door DGMR wordt geconcludeerd dat externe veiligheid geen belemmering vormt voor het plan. In de rapportage wordt ervan uitgegaan dat de gemeente een groepsrisico van minder dan 10% van de oriënterende waarde niet bezwaarlijk vindt. Strikt formeel moet volgens de circulaire elke stijging van het groepsrisico worden verantwoord, ook een verwaarloosbare. In de praktijk wordt dit in vergelijkbare risico-situaties veelal niet gedaan. De gemeente kan en mag de verantwoordingsplicht groepsrisico daarom invullen.
In verband met de kans op effecten in het plangebied is de verminderde zelfredzaamheid van de beoogde gebruikers wellicht een aanleiding om een calamiteitenplan op te stellen, waarbij rekening wordt gehouden met een ongeval met LPG op de Oude Rijksweg. De zelfredzame strategie kan worden afgestemd op het bepalende ongevalscenario: de BLEVE.