direct naar inhoud van 5.35 Recreatieterrein Schippers
Plan: Verblijfsrecreatieterreinen Sluis
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1714.bprecreatieterrein-ON01

5.35 Recreatieterrein Schippers

Recreatieterrein Schippers is geregeld in Artikel 34 Recreatie - Verblijfsrecreatie - Schippers, de groenstrook rondom het terrein in Artikel 3 Groen.

Wat is de huidige situatie?

Op het recreatieterrein Schippers zijn 50 toeristische plaatsen en 125 jaarplaatsen aanwezig. Verspreid over het terrein liggen een schuur, een binnenspeelplaats, een loods en sanitaire voorzieningen. Op het terrein is een bedrijfswoning aanwezig. Het terrein ligt 350 meter van het strand af en ontsluit op de Baanstpoldersedijk.

Wat zijn de uitgangspunten voor de regeling?

Voor alle verblijfsrecreatieterreinen gelden algemene uitgangspunten ten aanzien van de bestemming, de bouwregels en de gebruiksregels. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar paragraaf 5.5 Algemene uitgangspunten Recreatie - Verblijfsrecreatie.

Welke functies zijn toegestaan?

  • 1. Het terrein is ingericht als kampeerterrein. De standplaatsen mogen worden gebruikt voor kampeermiddelen en/of bouwwerken voor recreatief nachtverblijf.
  • 2. Gebouwen ten behoeve van centrale voorzieningen zoals beheers- en dienstgebouwen zijn toegestaan.
  • 3. Voor de schuur is een aanduiding agrarisch opgenomen om ter plaatse agrarische activiteiten te laten plaatsvinden.
  • 4. Per recreatieterrein is een bedrijfswoning toegestaan.

Wat mag er gebouwd worden en hoeveel?

  • 1. De goot- en bouwhoogte, oppervlakte en de inhoud zijn afgestemd op de geldende bouwmogelijkheden.
  • 2. Op het terrein zijn 175 standplaatsen. Deze standplaatsen mogen worden gebruikt voor kampeermiddelen en/of bouwwerken voor recreatief nachtverblijf.
  • 3. Voor de centrale voorzieningen is een bebouwingspercentage opgenomen van 15%.
  • 4. Op het terrein is één bedrijfswoning toegestaan met een maximale inhoud van 1.000 m³.

Wat zijn de belangrijkste verschillen met de voorheen geldende bestemmingsregeling?

  • 1. Om ondernemers flexibiliteit, mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering, productdifferentiatie en seizoensverlenging te geven is ervoor gekozen om voor het terrein één groot bouwvlak op te nemen. Binnen dit bouwvlak is het aan de eigenaar/exploitant om te bepalen waar functies worden geprojecteerd.
  • 2. Het bouwvlak mag voor 15% worden bebouwd met centrale voorzieningen. Hiermee wordt de mogelijkheid geboden voor het realiseren van extra voorzieningen.
  • 3. Er is geen onderscheid gemaakt naar het soort standplaats. Het is aan de ondernemer om te bepalen of de standplaats wordt gebruikt voor een kampeermiddel of voor een bouwwerk voor recreatief nachtverblijf.