direct naar inhoud van 5.36 Recreatiepark Schoneveld
Plan: Verblijfsrecreatieterreinen Sluis
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1714.bprecreatieterrein-ON01

5.36 Recreatiepark Schoneveld

Recreatiepark Schoneveld is geregeld in Artikel 35 Recreatie - Verblijfsrecreatie - Schoneveld, de groenstrook rondom het terrein in Artikel 3 Groen.

Wat is de huidige situatie?

Droompark Schoneveld en Strandpark Breskens bestaan uit zowel recreatiewoningen, stacaravans en kampeermiddelen. Op het terrein zijn verschillende voorzieningen aanwezig waaronder een zwembad, een bowling, restaurant, winkel en frituur. Deze voorzieningen zijn geclusterd bij de hoofdingang van het park. Rondom een deel van het terrein ligt een groenstrook.

Wat zijn de uitgangspunten voor de regeling?

Voor alle verblijfsrecreatieterreinen gelden algemene uitgangspunten ten aanzien van de bestemming, de bouwregels en de gebruiksregels. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar paragraaf 5.5 Algemene uitgangspunten Recreatie - Verblijfsrecreatie.

Welke functies zijn toegestaan?

  • 1. Het terrein is gedeeltelijk ingericht als kampeerterrein en gedeeltelijk als recreatiewoningenterrein. De standplaatsen mogen worden gebruik voor kampeermiddelen en/of bouwwerken voor recreatief nachtverblijf. Het gedeelte met recreatiewoningen uitsluitend voor recreatiewoningen.
  • 2. Gebouwen ten behoeve van centrale voorzieningen zoals beheers- en dienstgebouwen en een parkwinkel zijn toegestaan.
  • 3. Per recreatieterrein is een bedrijfswoning toegestaan.

Wat mag er gebouwd worden en hoeveel?

  • 1. De goot- en bouwhoogte, oppervlakte en de inhoud zijn afgestemd op de geldende bouwmogelijkheden.
  • 2. Op het terrein zijn 572 standplaatsen toegestaan. Deze standplaatsen mogen worden gebruikt voor kampeermiddelen en/of bouwwerken voor recreatief nachtverblijf. Op het terrein zijn 312 recreatiewoningen toegestaan.
  • 3. Voor de centrale voorzieningen is een bebouwingspercentage opgenomen van 15%.
  • 4. Voor de parkwinkel is 150 m² aan bedrijfsvloeroppervlak toegestaan.
  • 5. Op het terrein is één bedrijfswoning toegestaan met een maximale inhoud van 1.000 m³.

De recreatieterreinen liggen gedeeltelijk in het gebied dat beschermd dient te worden als Vrijwaringszone - Dijk. Deze regeling volgt vanuit de beschermingsbepalingen uit het Barro (nationale regelgeving betreffende onder meer de bescherming van waterkeringen).

Wat zijn de belangrijkste verschillen met de voorheen geldende bestemmingsregeling?

  • 1. Om ondernemers en particulieren flexibiliteit, mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering, productdifferentiatie en seizoensverlenging te geven is ervoor gekozen om voor het terrein één groot bouwvlak op te nemen. Binnen dit bouwvlak is het aan de eigenaar/exploitant om te bepalen waar functies worden geprojecteerd.
  • 2. Het bouwvlak mag voor 15% worden bebouwd met centrale voorzieningen. Hiermee wordt de mogelijkheid geboden voor het realiseren van extra voorzieningen.
  • 3. Er is geen onderscheid gemaakt naar het soort standplaats. Het is aan de ondernemer om te bepalen of de standplaats wordt gebruikt voor een kampeermiddel of voor een bouwwerk voor recreatief nachtverblijf.
  • 4. Onder voorwaarden is het toegestaan het bewoonbaar vloeroppervlak van de recreatiewoningen te vergroten.